Locatie (3443)
Subcategorieën
Langzaam lopen de kinderen de Guhagrot in. Gelukkig heeft Shanti een lamp meegenomen, want het is wel erg donker. Op een groot stuk muur staan geheimzinnige tekeningen, zelfs van een groot dier met 8 poten.”Goh, zelfs Jacala zou daar bang voor zijn!” Dan horen ze achter zich gespetter, geschrokken draaien ze zich om. Gelukkig is het alleen maar Malchi de vis, die opduikt in een poel in de grot. Hij vertelt over de grote octopus die vroeger in het meer leefde. Dan stelt hij voor om de grote octopus na te maken. Dat is nog wat echter dan die tekening.
Maak de dijken na van het dorp Haveli om er achter te komen hoe deze werken. Welke soort dijk werkt het beste?
Er achter komen dat het maken van een weerstation goed te doen is zodat je het weer kan observeren en voorspellen.
De wolven komen terug van de jacht en de opbrengst viel wat tegen. Baloe, de leermeester, besluit dan Mowgli te leren dat er ook andere manieren zijn om eten te krijgen. Samen gaan ze naar de Waingoenga rivier en gaan eten verzamelen. Als ze genoeg verzameld hebben lopen ze terug naar het Wolvenhol en gaan het eten klaar maken.
In een competatief spel reddingsvesten snel leren aantrekken en deze door elkaar te controleren.
Bagheera hoort ’s avonds rare geluiden in de Jungle. Opeens ziet hij in de buurt van de Nishaani plaats rare lichtjes in de jungle. Is het de rode bloem? Of is het een spoor. Zo voorzichtig als hij kan sluipt Bagheera achter de lichtjes aan. Langzaam glijdt hij de rivier in en volgt het spoor van lichtjes verder...
Soms zijn er houthakkers op de Nishaani plaats die daar met een roeiboot zijn gekomen. Maar de rivier zit soms wel erg vol met stenen en andere hindernissen. Krokodillen zoals Jacala zijn erg goed in het manoeuvreren langs hindernissen. Lukt het jou ook om je kano langs die hindernissen te krijgen? Misschien heeft Jacala nog tips?
In het water langs de Khaali Jagah Vlakte kun je leuk varen, maar soms zijn er hindernissen zoals boomstammen en lianen. Met wat aanwijzingen en hulp van Jacala de krokodil ga je proberen snelheidsrecords te breken.
Sterre Stroom zit met een fotoboek op haar schoot als ik het dek op loop. ‘Mag ik ook even kijken?’ vraag ik aan Sterre. Ze laat mij het boek ook zien. In het boek staan allemaal boten met verschillende vlaggen achterop. Sterre legt uit: ‘Aan de vlag van de boot kun je zien waar de boot vandaan komt. Deze boot komt bijvoorbeeld uit China.’ ‘Net als dat beeldje dat je in de boot hebt staan’, zeg ik. ‘Inderdaad’, zegt Sterre. ‘Zullen we uitzoeken welke boten nog meer bij welke souvenirs horen?’
Bij Noa aangekomen, is het doodstil. Nu is dat niet vreemd. Noa kan heel stil zijn als ze ergens over aan het nadenken is. Met mijn adem ingehouden klop ik zachtjes op de deur. ‘Kom maar binnen’, hoor ik Noa zeggen. Binnen zie ik Noa met haar hoofd boven een teiltje hangen. ‘Wat ben je aan het doen?’ vraag ik. ‘Ik ben naar mezelf aan het kijken, het water is net een spiegel’, zegt Noa. Noa gaat opzij, zodat ik het ook kan zien. Dan hoor ik een plons en voel ik spetters tegen mijn neus. ‘Kijk nog maar eens’, zegt Noa. Ik zie een snoepje in het water liggen. Ik mag het opeten als ik het met mijn lippen kan oppakken.
Meer...
Bij het huis van Rozemarijn en Professor Plof aangekomen word ik gelijk geroepen. ‘Zal ik iets heel belangrijks laten zien over water?’ vraagt Rozemarijn. Ik knik instemmend. Ze pakt de fluitketel en vult die met water. ‘Op tijd drinken, is heel belangrijk’, legt Rozemarijn uit. Terwijl het theewater warm wordt, weet Professor Plof uit te leggen dat water ook gevaarlijk kan zijn. Hij vertelt een verhaal dat hij heeft meegemaakt. Ik moet heel hard ‘STOP!’ roepen als ik denk dat het te gevaarlijk wordt.
Op het dorpsplein is het altijd erg gezellig. Ik kom er veel te weten over het dorp en samen doe we er de leukste dingen. Jammer dat het nu niet zo druk is. Dan komen Rozemarijn en Bas Bos aanlopen. ‘Weet jij wat voor water we allemaal in het dorp hebben?’ vraagt Bas. ‘Ja’, antwoord ik. ‘We hebben water uit de kraan, in de plassen bij jou in het bos en natuurlijk de rivier’. ‘Vergeet het regenwater uit de ton voor mijn plantjes niet’, zegt Rozemarijn.
Ik ben benieuwd wat Keet en Fleur Kleur hebben kunnen bedenken om mij Waterproof te krijgen. Wanneer ik aan kom lopen, geloof ik mijn ogen ogen niet. ‘Gaaf!’ roep ik, als ik Keet met een waterpistool gevuld met waterverf een groot schilderij zie maken. ‘Kom maar helpen’, zegt Keet, terwijl ze mij ook een waterpistool in handen drukt. Tussen het schilderen door zie ik Fleur op de maat van de muziek in een teil water dansen. Door haar enthousiasme wordt het een echt waterballet!
Rebbel is ondertussen thuis gekomen en weet al waarvoor ik langskom. De deur staat dan ook al open. ‘Ha die Stuiter’, roept ze als ik binnen stap. Ze gaat verder: “Weet je wie pas echt Waterproof zijn? Dat zijn die zwanen aan de overkant. En kijk eens hoe de moederzwaan haar kuikens leert met water om te gaan.’ Bas Bos komt er ook bij en begint gelijk te vertellen over het water in het bos. Ook legt hij uit waarom het belangrijk is om dat water schoon te houden.