Waarom / doel van de activiteit

Het tekenen van een knabbel en babbel strip

Beschrijving van de activiteit

Wie kent ze niet, het beroemde eekhoornduo Knabbel en Babbel. Die namen zijn niet toevallig gekozen, eekhoorns zijn echte knabbelaars en babbelaars. Ze zijn dol op noten en zaden en knabbelen graag aan dennenappels om de zaadjes tussen de schubben uit te snoepen. In de herfst verstoppen ze noten en dennenappels in de grond en in boomholtes om in te winter op te eten. Daarnaast eten ze ook bladeren, bessen, knoppen, paddenstoelen, rupsen, en soms een vogelei of een jong vogeltje. Ze hebben twee soorten tanden, scherpe snijtanden voor het verkleinen van voedsel en voortanden voor het vasthouden van voedsel. De tanden blijven groeien en worden kort gehouden door te knagen. Eekhoorns babbelen met elkaar door geluidjes te maken, ze sjirpen, kwetteren, grommen en jammeren: begroeting: moek-moek-moek, opwinding: tjuk-stuk-tjuk, alarm: chroe-roe-roe. Ook communiceren ze met hun indrukwekkende staart, als die wilt heen en weer zwiept betekent dat opwinding of gevaar.

Maak met de groep een Knabbel en Babbel stripboek.

Observeer het gedrag van eekhoorns, je ziet ze op plekken met veel bomen, zoals in een bos, park of tuin, vooral s’ morgens vroeg of later in de middag komen ze tevoorschijn. Als je iets te knabbelen voor ze ophangt, zoals doppinda’s of een potje vogelpindakaas, dan kun je ze goed bekijken. Geen eekhoorns? Zoek filmpjes en informatie op internet/in boeken.

Elke welp maakt een grappig ‘Knabbel en Babbel’ stripverhaal over het gedrag van eekhoorns, bijvoorbeeld over hun verstopte wintervoorraad of over hoe ze met elkaar communiceren.

Bundel alle stripverhalen in een zelfgemaakt Knabbel en Babbel stripboek.

Benodigd materiaal

doppinda’s of vogelpindakaas,
papier en tekenmateriaal

Tips

4 manieren om een eekhoorn te tekenen