Waarom / doel van de activiteit
Creatief bezig zijn met muziek
Beschrijving van de activiteit
We baseren ons op het spel 1,2,3 piano. We spelen gewoon muziek, als de muziek stopt moeten de leden als een standbeeld gaan staan, en mogen ze niet meer bewegen. Wie nog maar de kleinste beweging maakt, valt af en krijgt een kaartje met de prent van de groep waarin hij/zij zit.
De 4 indianenstammen die het tegen elkaar zullen opnemen in de muziekestafette zijn:
- Knolhoofden
- Vierkante koppen
- Platvoeten
- Schuddebuiken
Aan het hoofd van elke stam staat iemand van de leiding. In dit geval hebben we dus 4 stamhoofden en 1 spelbegeleider nodig.
Start van het spel:
De 4 groepen staan klaar en verzinnen een strijdkreet die ze laten horen.
Tijdens elk spel wordt er muziek gespeeld. Als de muziek stopt, eindigt het spel.
De punten worden bijgehouden op een scorebord.
Spelletjes:
- FLUITJESRACE: De 4 groepen worden naast elkaar geplaatst.De muziek start. 1 speler van elke ploeg loopt over naar het fluitje en blaast erop. De volgende mag lopen wanneer de eerste hem heeft getikt.Zo gaat het spel verder tot de muziek stopt.Het stamhoofd turft bij zijn ploeg telkens er gefloten wordt.
- CD’TJESRACE: Elke ploeg gaat achter elkaar staan.De muziek start.De cd’s worden doorgegeven van onder de benen naar boven het hoofd.De eerste in de rij sluit telkens achteraan aan.Wanneer de muziek stopt zien we welke ploeg het verst geraakt is.
- CD’TJESGOOI:De muziek start.1 speler van elke ploeg gooit zo ver mogelijk met de cd. Wanneer die gegooid heeft, gaat hij/zij de CD terug halen en geeft hem aan de volgende van de ploeg die nu mag gooien. Het stamhoofd gaat op de plaats staan waar de CD het verst kwam. De muziek stopt, zo zien we welke ploeg gewonnen heeft.
- STIPPENRACE: Elke ploeg krijgt een alcoholstift.Wanneer de muziek start mag de eerste van de ploeg naar de cd lopen en er een stip op zetten.Die loopt terug en geeft de stift door aan de volgende.Wanneer de muziek stopt tellen we het aantal stippen.
- BALLONNENRACE:Elke ploeg heeft een isomoplaat met ballonnen erop.De muziek start.De eerste van elke ploeg vertrekt met een vogelpikpijltje, draait eerst 3 toeren rond de kegel en probeert vervolgens een ballon kapot te prikken met zijn pijltje.De tweede mag vertrekken wanneer hij het pijltje van de eerste krijgt.Als de muziek stopt, tellen we het aantal kapotte ballonnen.
- SKIRACE: Elke ploeg krijgt 2 latten met lint, waar telkens 2 van elke ploeg mee kunnen “skiën”.Elke ploeg legt een afstand af (tot aan de kegel), en draait terug.Nu mogen de volgende van de ploeg vertrekken.Als de muziek stopt zien we wie er het meest aan de kegel is geweest (het stamhoofd turft).
- BLINDE RACE: De eerste van elke ploeg wordt geblinddoekt.De muziek start.De eerste gaat het fluitje zoeken.Wanneer die het gevonden heeft mag hij zijn blinddoek af doen en erop fluiten.Zo wordt de volgende van de ploeg geblinddoekt en die doet juist hetzelfde.Het stamhoofd turft hoeveel keer er gefloten wordt.
- MUZIEKNOTENRACE:Op de achterkant van een isomoplaat staat een notenbalk getekend. Elke ploeg krijgt papieren noten.De muziek start.Elke ploeg moet een noot komen hangen op het bord, de volgende mag starten als de vorige hem heeft aangetikt.De muziek stopt, we tellen het aantal noten per groep op de isomoplaat.
- DO RE MI FA SOL LA SI – RACE: De groepen beslissen wie do,re,mi,fa, sol, la of si is.De muziek wordt deze keer zachtjes opgezet.De leiding roept een noot, en die noot van elke ploeg loopt naar het sjaaltje.De bedoeling is om het sjaaltje zo snel mogelijk in de lucht te zwaaien.Het stamhoofd turft.
Speleinde:
De ploeg met de meeste punten op het scorebord heeft gewonnen.
Als afsluiter kan je eventueel de dansjes uit deel 1 nog een keer herhalen.
Benodigd materiaal
- cd speler
- cd’s met dansjes
- prentjes van de groepsnamen
- 4 fluitjes
- oude CD’tjes
- alcoholstiften
- 4 isomoplaten
- ballonnen
- vogelpikpijltjes
- kegels
- 8 latten met lint
- 4 blinddoeken
- isomoplaat met notenbalk
- scorebord