maandag, 31 augustus 2015 02:00

Spot op het complot

Beoordeel dit item
(0 stemmen)

Waarom / doel van de activiteit

Spot op het complot wil spelers doen stilstaan bij de kloof tussen arm en rijk, zowel bij ons als op mondiaal vlak en wil een aanzet vormen voor actieplanning. De spelstructuur is een eenvoudig alom gekende één tegen allen-opzet, waarbij de groep in zijn geheel uitgedaagd wordt om binnen een beperkte tijdsspanne een bepaald aantal opdrachten te volbrengen. Via de opdrachten kunnen de spelers materiaal (touw, balken en voorwerpen) bekomen om een netwerk te maken over de kloof. Het is aan de spelbegeleiding om te bepalen hoe uitgebreid het netwerk moet zijn om in de opdracht te slagen.

Beschrijving van de activiteit

Omschrijving

De voltallige groep deelnemers wordt opgesplitst in groepjes die zichzelf organiseren om binnen de vooropgestelde tijdsspanne zoveel mogelijk voorwerpen te verzamelen om de kloof te overbruggen. Elke goed uitgevoerde opdracht is een voorwerp waard. Elke gezamenlijke opdracht, in de vorm van een kwis, is een balk waard. Een wekker, sirene of iets dergelijks geeft elk half uur het gezamenlijk moment aan. Deze tijdsindeling zorgt er voor dat de groepen genoodzaakt zijn uit te kijken welke opdracht(en) ze in tussentijd kunnen volbrengen (sommige opdrachten kun je namelijk niet zomaar stilleggen). De uitdaging is volbracht als over de kloof een netwerk gespannen is van een minimaal aantal touwen en een aantal balken. Dat kun je zelf bepalen afhankelijk van de grote van de groep, het aantal geselecteerde opdrachten en de duur van het spel.

Inkleding

Dit spel voor scouts is één spel van het grote spel 'Spot op het complot'. Naast 'Spot op het complot' zijn er nog twee andere verzamelingen van spelen: · Spring uit je vel (12 jarigen) · Kloving (+16-jarigen) De drie spelen zijn ontwikkeld in het kader van Worldshake met de bedoeling jeugd- en jongerengroepen gemakkelijk te hanteren spelmateriaal aan te reiken over de kloof tussen arm en rijk, over de verhouding tussen Noord en Zuid, over hoe jongeren en kinderen betrekken bij dit thema, kortom over Worldshake. Spel is een ideale invalshoek om kinderen en jongeren te motiveren om niet-vanzelfsprekende thema's aan te pakken.

TIEN VUISTREGELS Het Zuid Noordthema is niet direct het thema waar kinderen en jongeren het meest van wakker liggen. Toch is het jeugdwerk een uitgelezen plaats om hierover met kinderen en jongeren in dialoog te gaan, zodat zij in staat zijn een eigen mening te vormen rond de kloof tussen noord en zuid. En eens de interesse gewekt is, zal je pas merken hoeveel je er kan rond doen en hoeveel er over te vertellen valt. We verwachten echter veel van jou als begeleider. Als je een spel speelt over Noord Zuid gaan we er immers van uit dat je de deelnemers daarbij een correct beeld geeft van het leven aldaar. Als je daarin slaagt, heb je het beter gedaan dan heel wat persagentschappen die enkel berichten over de zoveelste hongersnood of burgeroorlog, maar ondertussen vergeten dat sommige landen in het Zuiden er ook op vooruit gaan. Om je te helpen in deze opdracht te slagen en het spel in deze bundel goed te kunnen spelen, geven we je hieronder tien vuistregels. Worstel je er a.u.b. door, je zal merken dat je ze zeker kan gebruiken tijdens het spelen van de activiteit.

  1. JUISTE INFORMATIE Tracht de informatie over andere culturen zo juist mogelijk weer te geven. Als je iets niet weet, kan je dit gerust toegeven. Wie weet immers wel alles? Vaak is het respect waarmee je vertelt over het Zuiden, belangrijker dan de inhoud die je vertelt.
  2. ACTUELE INFORMATIE Dikwijls worden culturen voorgesteld zoals ze vroeger waren. Of stukjes folklore worden veralgemeend naar het dagelijkse leven van vandaag. Indianen lopen niet meer rond met veren op hun hoofd en Afrikanen dragen evenmin nog een strooien rokje. Als men in Afrika vertelt over Vlaanderen, heeft men het ook niet over boeren die met paard en kar naar hun akker trekken of over de eerste stoomtreinen.
  3. VOLLEDIGE INFORMATIE Vaak wordt maar de helft van het verhaal verteld over het Zuiden. Mensen leven er niet alleen op het platteland, maar ook in steden. Naast arme mensen is er ook een middenklasse en een rijke top. Geef dus niet enkel de informatie de je in het oog springt of spectaculair is, maar tracht zoveel mogelijk facetten te belichten en heb ook aandacht voor het gewone.
  4. MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT Een cultuurelement staat nooit op zichzelf, maar moet telkens gekaderd worden binnen een ruimere maatschappelijke of sociale context. In sommige streken in Afrika bv. mogen vrouwen na de geboorte van hun eerste kind het erf niet verlaten gedurende een jaar. Dat lijkt op het eerste gezicht een beperking, maar het is evenzeer een bescherming, want daardoor zijn die vrouwen ook vrijgesteld van het zware werk op het veld.
  5. GEEN VERALGEMENINGEN Net zoals we bij ons vele culturen, talen en leefgewoontes hebben, geldt dat ook voor het Zuiden. Hét Zuiden bestaat eenvoudigweg niet.
  6. GEEN GEPREEK Het is zoveel waardevoller om kinderen en jongeren te stimuleren om een eigen mening te vormen, dan wel ze een mening op te dringen. Zet hen aan om over bepaalde zaken na te denken of bepaalde dingen in vraag te stellen, maar hang zelf niet de betweter uit, want je boodschap wordt dan toch snel vergeten en vaak roept ze zelfs weerstand op.
  7. NIET ALLEEN PROBLEMEN EN SLACHTOFFERS Vermijd om enkel het accent te leggen op de problemen in het Zuiden. Over de mensen die er wonen, zijn er ook vele positieve of gewone dingen te vertellen. Stel hen niet voor als slachtoffers die wachten op hulp uit het Noorden, maar vertel over hun bewonderenswaardige overlevingskracht en creativiteit.
  8. GEEN SIMPELE OPLOSSINGEN "Als iedereen in het Zuiden tot 14 jaar naar school zou kunnen gaan, hebben we geen derde wereld meer over 20 jaar." Hoed je voor dit soort van te eenvoudige oplossingen. Het probleem is zeer complex en een oplossing heeft dus altijd te maken met een ingewikkeld kluwen van factoren (geschiedkundig, economisch, politiek, militair, cultureel, ...).
  9. HOOP Oplossingen en verbeteringen zijn mogelijk en worden in sommige landen in het Zuiden ook effectief gerealiseerd. Geef daarom niet de indruk dat alles hopeloos is als je vertelt over het Zuiden.
  10. GEEN MACHTELOOSHEID Wat in het Noorden gebeurt, heeft invloed op het Zuiden, en omgekeerd. Jij kiest bijvoorbeeld zelf welke kleren of fruit je koopt of hoe je omgaat met mensen uit andere landen. Al gaat het soms over kleine zaken, Vlaamse kinderen en jongeren kunnen wel degelijk (een beetje) invloed hebben op wat er op onze planeet gebeurt.

Voorbereiding

  • Kloof bouwen
  • Opdrachtenfiches kopiëren + uitstallen op een tafel/bord (vastmaken op tafel zodat de groepen de opdrachten kunnen komen lezen, zo hoef je de fiches maar één keer te kopiëren)
  • Materiaal voor opdrachten klaarleggen in de kloof
  • Touw, voorwerpen en balken in de kloof leggen om deze te overbruggen.

Speluitleg

De deelnemers worden uitgedaagd om de kloof tussen arm en rijk binnen een bepaalde tijdsspanne te overbruggen. Om daarin te slagen, moeten ze in groepjes een aantal opdrachten uitvoeren. De opdrachtenreeks wordt elk half uur onderbroken voor een gezamenlijke opdracht. Het is aan de groep om een spelstrategie af te spreken en de aanpak te organiseren. Zij kunnen daarin ondersteund worden door de spelbegeleiders.

Slagen zij er in de kloof te dichten?

Het spel zelf

Verdeel de deelnemers in gelijke groepen van minstens 5, maximaal 10 personen per groep.

Na de inkleding en de speluitleg kiest elk groepje aan de tafel met fiches een eerste opdracht (rekening houdend met de onderbreking om het half uur voor de gezamenlijke activiteit).

De opdrachten staan op kaartjes. Deze kaartjes bevatten een land dat gelinkt is met de opdracht, een korte schets van de situatie daarginds, de opdracht zelf, het voorwerp dat bij de opdracht hoort, een richtlijn over het nodige aantal deelnemers en het materiaal dat nodig is bij de opdracht. De keuze van opdracht kan afhangen van de interesse in het land, het aantal deelnemers nodig per opdracht, binnen/buiten opdracht, …

De machthebber is heerser over het spelmateriaal en om het nodige materiaal te verkrijgen moet de groep bij hem het land van de opdracht kunnen situeren door minstens 4 omliggende landen te noemen. De deelnemers mogen hiervoor gebruik maken van de wereldkaart.

Nu kunnen de groepjes starten met het volbrengen van de opdrachten. Het resultaat van de opdracht wordt beoordeeld door de machthebber. Als het volstaat krijgt de groep het voorwerp dat bij de opdracht hoort. Dit kunnen ze aan een touw vastmaken en over de kloof werpen.

Elk half uur klinkt het signaal van de machthebber, waarbij iedereen moet verzamelen voor een gezamenlijke opdracht. Ieder groepje zorgt ervoor dat ze het signaal kunnen horen. Als ze bijvoorbeeld bezig zijn met een opdracht op straat moeten ze het uur in het oog houden om op tijd terug te zijn (zoniet wordt hun een voorwerp weggenomen uit de kloof). Iedereen verzamelt ook al moeten ze hiervoor hun eigen opdracht stilleggen. De gezamenlijke opdrachten, steeds onder de vorm van een kwis, dienen specifiek om de kloof te overbruggen.

De gezamenlijke opdracht is een kwis die als volgt verloopt:

vooraf worden 2 terreinen afgebakend, een ja en een nee terrein. Er worden enkel ja/nee vragen gesteld en dit aan de voltallige groep. Om te antwoorden nemen de deelnemers plaats in het ja of nee vak. Enkel diegenen die juist antwoordden blijven meespelen voor de volgende vragen. De uitvallers kunnen hun collega's natuurlijk nog altijd met goede raad bijstaan.

Als na de hele reeks vragen de helft van het aantal deelnemers + 1 overblijft, krijgen de deelnemers een balk die ze over de kloof kunnen leggen. Bijvoorbeeld: een groep van 50 personen wint een balk als er minstens 26 mensen steeds juist hebben geantwoord. Nadien wordt de wekker opnieuw ingesteld op 30 minuten en werken de groepjes verder aan hun opdrachten.

Mogelijke variaties

Twee opdrachten uit de reeks mogen door de deelnemers gepast worden: ze mogen er slechts twee kiezen die ze niet zullen spelen.

Einde van het spel

Het spel stopt als de afgesproken tijd verlopen is (bijvoorbeeld 3 uur). Het aantal voorwerpen en balken wordt geteld. Indien er te weinig balken zijn kan men beslissen met de groep om … voorwerpen in te ruilen voor een balk. Uiteindelijk is het spel geslaagd als er minstens … balken zijn gelegd over de kloof, zodat de hele groep over de kloof heen kan lopen. Het aantal is te bepalen door de spelbegeleiding en is afhankelijk van de groepsgrootte, de spelduur,

Groepsopdrachten

De opdrachten worden onderverdeeld in verschillende domeinen:

  • Vorming/onderwijs
  • Conflict/oorlog
  • Handel en economie
  • Natuurelementen
  • Bevolking
  • Arbeid
  • Gezondheid

Deze opdrachten zijn elk gelinkt aan één land. Het land moet eerst door het groepje gesitueerd worden op de wereldkaart door minstens 4 omringende landen te benoemen. Dan pas kan het groepje het nodige materiaal bekomen om de opdracht uit te voeren. De eigenlijke opdracht wordt ingeleid door kort de situatie van het land te schetsen. Dit gebeurt best door één van de spelbegeleiders.

Onderwijs/vorming

Zuid Afika

  • Voorwerp: kalligrafisch opschrift 'apartheid'
  • Schets: De zwarte bevolkingsgroepen werden tijdens de apartheid door blanke machthebbers gedwongen om in thuislanden te wonen. Zij leefden dus in aparte gebieden, helemaal gescheiden van de zogezegde "beschaafde blanken". Op allerlei terreinen is deze scheiding merkbaar. Onderwijs is daar één van. Zo is bijvoorbeeld voor zwarten het dragen van een uniform meestal verplicht terwijl blanken vrij zijn om te dragen wat ze willen. Het meest schrijnende verschil is echter het beschikbare materiaal in de scholen. Vaak beschikken 'zwarte scholen' niet over stoelen en banken voor de hele klas. Kinderen leren er dan schrijven al liggend.
    Bedenk dat gezien de omstandigheden het onderwijsniveau en de diplomawaarde niet te vergelijken is.
  • Opdracht: Teken al liggend een kalligrafisch opschrift na naar het voorbeeld 'apartheid'. Doe dit eerst op een blanco vel papier en nadien op een ruitjes blad en merk je eigen mogelijkheden afhankelijk van de verschillende materialen.
  • Materiaal: papier (blanco en geruit) en potloden

Tanzania

  • Voorwerp: een paar witte sokken
  • Schets: Nana vertelt: "Ik ben blij dat mijn ouders een schooluniform betaalden, zodat ik de kans kreeg om naar de middelbare school te gaan. Vele van mijn vrienden kunnen dit niet".
  • Opdracht: In plaats van een schooluniform moet iemand van de groep 20 extra kledingstukken aandoen en er mee rondlopen tot na het volgende kwismoment.
  • Materiaal: geen

Brazilië

  • Voorwerp: boek
  • Schets: Bijna 1 op 4 Brazilianen is analfabeet. Op het platteland zelfs 42% van de bevolking. Scholen zijn dan ook erg actief aan het proberen zoveel mogelijk mensen te leren lezen
  • Opdracht: Zorg ervoor dat je met minstens 10 personen in alfabetische volgorde op stoelen of banken komt te staan. Werk met de voornamen en vorm de volgorde geblinddoekt.
  • Materiaal: eventueel stoelen (of bank), of je vormt gewoon een rij rechtopstaand, blinddoeken

Peru

  • Voorwerp: schoen
  • Schets: Schoenen poetsen is een typisch verschijnsel in de grootsteden van het zuiden, ook in Peru. Straatkinderen verdienen geld door schoenen van rijke mensen en toeristen te poetsen.
  • Opdracht: Zorg ervoor dat je met 2 groepen bent. Doe allemaal je schoenen uit en maak een 'berg' van schoenen. Loop naar de andere kant van het terrein en na een startsignaal ga je per groep in estafettevorm (de deelnemers van het groepje gaan elkaar aflossen) je eigen schoenen zoeken in de berg.
  • Materiaal: Vind een andere groep voor deze opdracht.

Kameroen

  • Voorwerp: tak
  • Schets: Kameroen heeft ooit geld geleend van landen in Europa. Nu moeten zij die schuld eerst afbetalen en door de intrest zelfs nog veel meer betalen dan zij vroeger geleend hebben.
    De begeleider vertelt je iets meer over 'schuldenlast'.
    Hierdoor heeft Kameroen niet genoeg geld om modern schoolmateriaal te kopen. De mogelijkheden en middelen in de scholen zijn erg beperkt.
  • Opdracht: We behelpen ons op school met de middelen die we hebben. Vorm het opschrift "onderwijs is een belangrijke stap naar democratisering" met natuurmaterialen.
    En kunnen jullie deze zin in eigen woorden 'vertalen?
  • Materiaal: geen

Congo

  • Voorwerp: zandloper
  • Schets: Mobutu was tot voor een paar jaar de president van het toenmalige Zaïre, nu Congo Reeds vanaf het Mobutu regime worden heel wat beleidstaken verwaarloosd. Daarom worden steeds meer plaatselijke initiatieven opgezet. Deze hebben tot doel gezondheid, onderwijs en voedselbevoorraading in de handen van de mensen zelf te leggen. Verder wordt er werk gemaakt van vorming en participatie (= deelname aan het beleid) van jongeren en volwassenen in plaatselijke werkgroepen om inzicht te krijgen in de problematiek van hun land. Zo tracht men plaatselijke bevolking bewust te leren omgaan met hun situatie.
  • Opdracht: Bewustwording kan men ondermeer bekomen door mensen actief te laten participeren. Leef je in in het woord dat je krijgt van de spelleider en tracht dit zo goed en efficiënt mogelijk uit te beelden. De anderen van het groepje moeten raden welk woord jij uitbeeldt.
  • Materiaal: zandloper, woordkaartjes: politiek / onderwijs / basiswerk

Oorlogen en conflicten

Siera Leone

  • Voorwerp: waterpistool
  • Schets: In 1991 brak er een bloedige en complexe burgeroorlog uit in het kleine West Afrikaanse landje. Ze kostte al aan meer dan 30.000 mensen het leven en dreef meer dan een miljoen mensen op de vlucht Door die jarenlang durende burgeroorlog werd Sierra Leone een van de armste landen ter wereld.
  • Opdracht: Denk met je groepje even na over de zinloosheid van oorlog voeren. Bedenk eveneens enkele goede slogans, of met andere woorden wat wil je overbrengen in je 'opmars'. Organiseer een betoging en overtuig hierdoor minstens 10 mensen om mee te stappen tegen deze wreedheid.
  • Materiaal: karton en verf/stiften

België

  • Voorwerp: foto
  • Schets: Mensen worden soms gepest en uitgesloten, omdat ze uiterlijk anders zijn dan anderen of omdat ze minder geld hebben. Voor deze mensen kan hun leven verpest worden doordat enkele mensen het nodig vinden om anderen te gaan uitlachen en links te laten liggen.
  • Opdracht: Om aan te tonen dat iedereen eigen kenmerken heeft, moeten jullie 10 mensen bijeenbrengen die één en slechts één van de volgende kenmerken hebben: zweetvoeten, groene ogen, blonde krullen, wipneus, broske, rood haar, neusring, gelakte vingernagels en een gouden halsketting.
  • Materiaal: geen

India

  • Voorwerp: champignon
  • Schets: Ondanks de schrijnende armoede van haar bevolking, investeert de Indiase regering heel veel geld in bewapening. Vorig jaar deed India zelfs een kernproef vlak bij de grens met aartsvijand Pakistan.
  • Opdracht: Wat zijn de gevolgen van kernproeven en kernwapens. Vraag op straat 10 mensen hun mening over kernproeven en kernwapens.
  • Materiaal: papier en stylo

Algarije

  • Voorwerp: wekker
  • Schets: Fundamentalisme groeit niet alleen uit religie of godsdienst maar ook uit een sterk gevoel van achterstelling van een bevolkingsgroep die zich dan beroept op de eigen godsdienst en deze gebruikt om een aantal zaken zoals geweld, onderdrukking van andere bevolkingsgroepen, … te rechtvaardigen. Eigenlijk wordt de godsdienst of de 'volksidentiteit' als dekmantel gebruikt om een gewelddadig en onderdrukkend gedrag goed te praten.
    In Algerije is er zo de GIA. De GIA is een moslimfundamentalistische beweging die dreigt met aanslagen en geweld tegen 'overtreders' van hun regels. Sommige groepen uit deze fundamentalistische stromingen grijpen naar geweld om hun identiteit te versterken en te laten gelden.
  • Opdracht: In een straal van 20 meter rond de opdrachtentafel ligt ergens een "bom" verstopt in de vorm van een wekker. Binnen de 45 minuten moet deze bom gevonden worden of er zal een nog grotere kloof geslagen worden. Als de wekker afloopt zijn jullie onherroepelijk te laat!
  • Materiaal: wekker

Verenigde staten

  • Voorwerp: geplooide piramide
  • Schets: De stijgende criminaliteit in vele grootsteden is een hot item. Oorzaken zijn vaak niet ver te zoeken als je weet dat 1/3de van de stadsbevolking zich veel kan permitteren, terwijl 2/3de van diezelfde stedelijke bevolking vaak in bestaansonzekere omstandigheden leeft.
  • Opdracht: Maak een piramide van drie verdiepingen met minimum 12 personen, waarbij 2/3 van de groep op de laagste en de tweede verdieping staat en 1/3 bovenaan.
  • Materiaal: Vind 12 personen om de piramide te bouwen.

Handel en economie

Zwitserland

  • Voorwerp: brooddoos
  • Schets: Meer doen met minder, wordt ook wel consuminderen genoemd. Deze stroming vindt dat we de natuur en de mensen teveel belasten. En daar worden we niet echt gelukkiger van, integendeel.
    Moeilijk? We geven een aantal voorbeelden:
    • We hebben geen 2 fietsen nodig of 2 paar voetbalschoenen. We kunnen spaarlampen gebruiken in plaats van gewone gloeilampen. Een gezelschapsspel spelen, is dikwijls veel prettiger dan de ganse avond TV kijken. Je hoeft je boterhammen niet elke dag opnieuw in aluminiumfolie te verpakken terwijl je even goed een brooddoos kunt gebruiken. En waarom neem je geen boodschappentas mee naar de winkel in plaats van elke keer weer een plastiek zak mee te pakken?
    • We hebben er niets mee te verliezen, wel alles mee te winnen. En het leven wordt door zulke (dikwijls kleine zaken) een stuk prettiger.
  • Opdracht: Vorm op de grond het woord "consuminderen" door met jullie eigen lichamen in allerlei bochten te gaan liggen. De opdracht is pas geslaagd als iemand die niet aan het spel deelneemt het woord kan ontcijferen.
    En … schrijf 5 voorbeelden op van consuminderen. Hoe kunnen jullie dat?
  • Materiaal: pen en papier

Turkije

  • Voorwerp: mes
  • Schets: Op heel wat plaatsen in België kom je Turkse invloeden tegen. In de jaren '50 en '60 zijn er heel wat Turkse arbeiders naar België gekomen op vraag van de Belgische regering. Er waren heel wat arbeidsplaatsen die niet ingevuld konden worden door Belgen en dus ging de regering op zoek naar arbeidskrachten in het buitenland. Ondertussen wonen de tweede en derde generatie migranten in België en dat maakt dat er heel wat 'multiculturele' invloeden zijn die heel zichtbaar zijn in de plaatselijke 'economie'.
  • Opdracht: Verdeel een Turks brood in 8 gelijke stukken door maar maximum 3 messneden. Oplossing: met 2 messneden is het brood al in 4 verdeeld, door het nog met een laatste beweging horizontaal door te snijden, krijg je 8 stukken. Toon het resultaat en zorg daarna dat het brood wordt opgegeten, of vervang het brood door een gelijkaardig, snijdbaar voorwerp.
  • Materiaal: Turks brood (is een plaatbrood, je vindt het in elke Turkse winkel), mes

India

  • Voorwerp: drankblikje
  • Schets: India, een land met ruim 1 miljard inwoners. Drinkbaar water is er niet overal aanwezig, Coca Cola en andere frisdranken daarentegen vind je des te meer. Op plaatsen waar van drinkbaar water geen sprake is, vind je wel frisdrank.
  • Opdracht: Vis de frisdrank uit de woordentank, er wel rekening mee houdend dat sommige zinnen nog in een dialect dienen te worden omgezet. In welk dialect de zinnen moeten uitgesproken worden, wordt duidelijk uit de zinnen.
    • Om beurt leest 1 persoon een zin voor:
    • Gisteren zat ik bijna vast in de kooi van de olifant. Amai mijne frak, gelukkig had dat beest niet veel honger.
    • "Misschien heb ik ook koude kool achterin de koelkast staan", sprak de Mechelaar.
    • "Wat ligt die Koran hier naast het altaar te doen," vroeg de West Vlaamse Iman.
    • Jasper aait graag de hond van de buren.
    • "Als je wil, kan je binnen 10 minuten meeëten; mag ik jou nu al een fruitsapje aanbieden?"
    • "Nu is het hier toch maar fris terwijl het daarnet nog 28 °C was", sprak de man uit Heist op-den-Berg.
    • "Ik vind Bonheiden qua ligging een stuk interessanter", bleef de Mechelaar volhouden.
    • Oplossingen: Fanta - Coca Cola - Orangina - Sprite - Minute Maid - Nestea - Bonaqua. Welke drank hoort niet thuis bij de CC-company? Oplossing: alleen Orangina!
  • Materiaal: de woordentankzinnen op kaartjes

Groot Britannië

  • Voorwerp: OWW logo, Fair Trade
  • Schets: Oxfam Wereldwinkels is een alternatieve handelsorganisatie die de wanverhoudingen op vlak van wereldhandel aanklaagt. Als organisatie kopen ze (voedings)producten rechtstreeks aan bij boerencoöperaties (= boeren die zich verenigd hebben) in de derde wereld, of bij andere organisaties die op een eerlijke manier handel drijven met ontwikkelingslanden. Door op die manier handel te drijven, vermijdt Oxfam-Wereldwinkels dat het grootste deel van de winst naar de tussenhandelaars gaat. Zij garanderen de boeren in het zuiden een eerlijk inkomen.
  • Opdracht: Tracht de juiste kaartjes bij de respectievelijke producten te leggen:
    • La Vid
    • fles wijn Chili Zuid-Amerika
    • Sinaasappelsap sinaas Cuba Midden
    • Amerika
    • Yambo
    • koffie koffie Tanzania Afrika
    • groene olijven olijven Palestina Midden
    • Oosten
    • Yasmin rijst rijst Thailand Azië
  • Materiaal: foto's van de wereldwinkelproducten of de producten zelf natuurlijk (te vinden bij de plaatselijke wereldwinkel), naamkaartjes

Brazilie

  • Voorwerp: koffieverpakking
  • Schets: Veel Braziliaanse boeren werken op koffieplantages. Wanneer de koffieprijzen op de wereldmarkt in elkaar stuiken, zijn de boeren de eerste slachtoffers.
  • Opdracht: Elk lid van de groep krijgt een koffieboon, legt die op de bovenlip en klemt die eventueel tegen de neus. Minstens de helft van de groepsleden moet gedurende één minuut de koffieboon tussen lip en neus houden.
  • Materiaal: koffieboon

Natuurelementen

Frankrijk

  • Voorwerp: luciferdoosje
  • Schets: Frankrijk werd in de zomermaanden weer geteisterd door een hele reeks bosbranden. Achteloosheid ligt vaak aan de grondslag van zulke rampen die voor heel wat mensen en de natuur een ware catastrofe betekenen. Een sigarettenpeuk, een kleine vonk, … het is genoeg om een immense bosbrand te laten ontbranden die ettelijke vierkante kilometers bos in de as legt.
  • Opdracht: Doe een papiertje vuur vatten d.m.v. de zon en stokjes of met een (vergroot)glas. Maak eerst een kuiltje in de aarde zodat het vuur niet verder kan lopen.
  • Materiaal: stokjes of een (vergroot)glas, dun papier

Honduras

  • Voorwerp: kaarten
  • Schets: Latijns Amerika wordt regelmatig getroffen door orkanen. De orkaan Mitch die in 1998 over het land raasde was echter de ergste orkaan ooit. Huizen werden vernield, bezittingen weggeblazen, mensen gedood. Dit natuurgeweld betekende een catastrofe voor de plaatselijke bevolking en voor de regering die met een zware schuldenlast opgescheept zit.
  • Opdracht: Bouw een kaartenhuisje van minimum 4 etages. Zorg ervoor dat het minstens 60 seconden blijft staan. Eventueel kan je het huisje beschermen door er met de groep om heen te gaan staan.
  • Materiaal: spelkaarten

Nederland

  • Voorwerp: fles water
  • Schets: Nederland ligt voor een groot deel onder de zeespiegel. Om overstromingen te voorkomen werden dijken gebouwd. Dijken die het water af en toe niet aankunnen en doorbreken. Rampen voor mens en omgeving.
  • Opdracht: Organiseer de evacuatie van je groep van de ene kant van het terrein naar de andere kant en hou rekening met volgende restricties (of maak zelf je spelregels): voor een groepje van 6 personen moeten 2 handen, 4 voeten en 1 elleboog de grond raken tijdens de overtocht.
  • Materiaal: geen

Mali

  • Voorwerp: wasknijper
  • Schets: Insectenplagen kunnen ware ravages veroorzaken aan gewassen en teelten. Ganse oogsten gaan soms verloren met de nodige voedselschaarste en andere problemen tot gevolg.
  • Opdracht: Je speelt dit spel in twee groepen. Elke groep beschikt over een aantal wasknijpers gelijk aan 5 maal de groepsgrootte. Bedoeling is de tegenpartij zo snel mogelijk alle wasknijpers op te spelden. De groep die op een bepaald moment wasknijperloos is, wint en krijgt het voorwerp.
  • Materiaal: Wasknijpers

Somalië

  • Voorwerp: zakje zand
  • Schets: Soms regent het maanden, zelfs jaren niet in Somalië. Droogte is een ramp voor de plaatselijke bevolking die in een aantal gevallen leidt tot een hongersnood. Mensen moeten vaak kilometers ver lopen om water te halen.
  • Opdracht: Er wordt een plank op stephoogte gebracht, in totaal moeten er x (= de helft van de groep maal 50. bv. groep van 20 = 500 stappen > 10 X 50) aantal stappen worden gedaan met een emmer water op het hoofd. Het waterniveau mag niet onder markering die op de emmer is aangebracht, zijn gedaald.
  • Materiaal: plank, blokken, hoofddoek om de emmer te dragen (een doek tot een worst draaien en er een ronde van maken zodat de emmer erop kan balanceren), gemarkeerde emmer, water

Bevolking

China

  • Voorwerp: blikje sardinen
  • Schets: China staat als koploper geklasseerd op de wereldranglijst van bevolkingsaantal. In functie van de daling van het geboortecijfer en de welzijnsverbetering voor moeder en kind zijn tal van vormingsprogramma's uitgewerkt. Vrouwen worden geïnformeerd over voorbehoedmiddelen en jonge meisjes worden aangemoedigd om hun huwelijk en hun eerste zwangerschap uit te stellen. China voert een geboortebeleid van 'éénkindgezinnen'. Het hebben van meerdere kinderen wordt sterk ontmoedigd. Gezinnen die meerdere kinderen hebben, kunnen geen aanspraak maken op een verzekering, hebben geen mogelijkheden tot onderwijs, geen mogelijkheid tot het huren van een woning, …Dat geboortebeleid leidt wel eens tot 'verdwijningen'. Om het beleid na te komen worden kinderen al te vaak achtergelaten op afgelegen plaatsen.
  • Opdracht: Verstop een pop in het lokaal of op een andere plaats, want deze pop is jullie tweede, onwettig kind. Als de begeleiding de pop vindt binnen de 3 min. is de opdracht niet geslaagd.
  • Materiaal: pop pen en papier

Brazilië

  • Voorwerp: zakje grond
  • Schets: Brazilië is het land met de meest ongelijke verdeling van landeigendom. Minder dan 1% van de eigenaars bezit er 43% van de grond. 23 miljoen landarbeiders leven beneden de armoedegrens, terwijl 44% van de grond onvoldoende wordt benut. Het aantal boeren zonder land in Brazilië wordt momenteel geschat op 12 miljoen. De MST (= beweging van de boeren zonder grond) levert een strijd voor een eerlijke grondverdeling. Dat doen ze door braakliggende stukken grond te bezetten. Ze bouwen er als het ware een dorp met zwarte plastiek en hout. Daarnaast werken ze ook aan het opzetten van landbouwcoöperaties.
  • Opdracht: Baken in een hoek van het lokaal een terrein van 2 vierkante meter af. Dat is jullie land. In de diagonale hoek, aan de andere kant van het lokaal, leg je een bal. Jullie gaan nu grond bezetten. Dat verloopt als volgt:
    jullie bouwen met behulp van de stoelen waarop jullie staan een brug vanop jullie land tot aan de buitengrens (= de muur). Bij het bouwen van de brug gelden de volgende spelregels:
    • De spelers mogen de grond niet raken.
    • Elke stoel moet bezet blijven. Er moet steeds een of andere vorm van contact zijn tussen de spelers en de stoelen. Wanneer een onbemande stoel wordt opgemerkt, riskeren jullie die stoel te verliezen.
  • Materiaal: stoelen, touw, bal

Japan

  • Voorwerp: auto
  • Schets: Japan, een land van veel te drukke straten, files, … waardoor er altijd verkeersopstoppingen zijn. Iedereen loopt voor elkaars voeten.
  • Opdracht: Zorg dat je met minimum 2 groepen van 4 personen bent + 1 persoon. Bind elkaars voeten aan elkaar en draag een persoon 20 meter ZONDER TE LATEN VALLEN !!!
  • Materiaal: touw of elastiek

Vietnam

  • Voorwerp: fietsketting
  • Schets: Een riksja is een fiets waarachter een 'zitbak' gemonteerd is voor personenvervoer. De riksja is het belangrijkste vervoermiddel in Vietnam en tegelijk een belangrijke inkomstenbron voor tal van mensen die de kost verdienen als riksjarijder.
  • Opdracht: Probeer met 5 mensen op een fiets een parcours van 50 meter af te leggen.
  • Materiaal: fiets

Arbeid

Thailand

  • Voorwerp: barbiepop (vervaardigd in …)
  • Schets: Veel speelgoed wordt in landen in het zuiden gemaakt, onder andere in Vietnam. Bedrijven maken hun speelgoed daar omdat de lonen zeer laag zijn. Op die manier kunnen ze meer winst maken. De mensen die het speelgoed maken, zijn er echter wel het slachtoffer van: lage lonen (vaak te weinig om te kunnen overleven), slechte werkomstandigheden, veel overuren (vaak niet betaald), geen recht op vakbonden, … De arbeiders hebben weinig keuze. Of het is daar werken tegen een laag loon en in slechte omstandigheden, of zonder werk zitten. En in deze 'lageloonlanden' is er geen werkloosheidsuitkering of AOW.
  • Opdracht: Jullie krijgen 5 voorwerpen te zien die gemaakt zijn in 'lageloonlanden'. Het is aan jullie om de juiste landen bij de juiste voorwerpen te plaatsen.
  • Materiaal: kijk op voorhand welke voorwerpen in aanmerking komen en zoek de afkomst ervan (dat staat meestal aangegeven op het product zelf)

België

  • Voorwerp: merkteken C&A
  • Schets: Heb je je ooit afgevraagd waar onze kleren vandaan komen? Of in welke omstandigheden ze gemaakt worden? Driekwart van alle kleren die in Nederland en België verkocht worden, zijn elders in elkaar gestikt. Op zich is daar niets verkeerd aan. Maar de bedrijven dweilen wel heel de wereld af op zoek naar de goedkoopste arbeiders: in de eerste plaats in Azië, maar ook Oost Europa en Noord Afrikaanse handen werken aan onze kleren. Overwegend vrouwen. De arbeidsters bij ons en in de Derde Wereld zijn de pineut: massale werkloosheid in België en illegaal werk in Brusselse ateliers en jawel: schrijnende wantoestanden in Azië, Noord Afrika en Oost Europa. In Brussel worden regelmatig werklozen, illegalen, … van de straat geplukt om te werken in clandestiene kledingateliers. Zeer lage lonen, geen verzekering, geen sociale zekerheid, slechte arbeidsomstandigheden, kortom uitbuiting.
  • Opdracht: Binnen de 4 minuten moeten jullie lappen stof aan elkaar naaien tot een lengte van 5 meter (afhankelijk van de grootte van de lappen)
  • Materiaal: lappen stof, naalden, garen

Verenigde Staten

  • Voorwerp: sportschoen van het merk Nike
  • Schets: Je kent ze wel: de New York Lakers, de Chicago Bulls, enzovoord. In de NBA (zo heet de basketcompetitie in de VS) spelen de beste basketspelers ter wereld. Het basket is er dan ook supergoed. Maar als je de lonen van de topbasketters vergelijkt met de lonen van de arbeidsters die de sportschoenen die deze heren dragen, maken, merk je dat de zaak toch wel scheef getrokken is. Naast hun gewone contract krijgen de basketters dikwijls nog vette sponsorcontracten aangeboden. Zo verdiende de legendarische Michael Jordan naast zijn contract nog een centje bij met sponsoring door Nike. Het bedrag? 17 miljoen Euro.
    Terwijl de arbeidster die de schoenen maakt zo'n 7 frank per uur verdient, of 15 frank per paar sportschoenen.
  • Opdracht: Verzamel binnen het kwartier sportschoenen van 5 verschillende merken en achterhaal waar ze gemaakt zijn.
  • Materiaal: geen

Japan

  • Voorwerp: krantenartikel met beursgegevens
  • Schets: Werken voor je geld, het kan op verschillende manieren. Ook door beursspeculatie. Over gans de wereld zijn er beurzen waar er gespeculeerd wordt en waar er grote winsten (en in sommige gevallen grote verliezen) gemaakt worden.
  • Opdracht: We zijn op zoek naar beurzen en de beurskoersen. Bezorg ons er binnen de 10 minuten 5. Je vindt ze in de financiële katerns van de kranten. Oplossing: Bijvoorbeeld: Dow Jones New York, AEI Amsterdam, Nikei Index Tokyo
  • Materiaal: krant of internet

Gezondheid

Haïti

  • Voorwerp: stethoscoop
  • Schets: In Haïti is het aantal artsen is bespottelijk klein in vergelijking met de voorzieningen. De gezondheidscentra dekken lang niet de behoeften van het Haïtiaanse volk. Ernstige ziekten bedreigen voortdurend de bevolking en de levensverwachting ligt nauwelijks hoger dan 50 jaar. Tegenover gezondheidsproblemen moet men snel en op de juiste manier reageren.
  • Opdracht: Maak met eenvoudig materiaal een draagberrie waarin we één van jullie 'familieleden' kan vervoerd worden naar het dichtstbijzijnde hospitaal.
  • Materiaal: balken stevige doeken

India

  • Voorwerp: huisje
  • Schets: India is een land van extreme contrasten tussen arm en rijk. Om de uitzichtloze situatie van het platteland te ontvluchten, trokken velen naar de grote steden. In zowel Bombay als Colcatta wonen nu meer dan 11 miljoen mensen. De meerderheid woont in krottenwijken (sjekken). Dat zijn woningen van gemiddeld 3 op 3 meter, vervaardigd uit golfplaten, karton en houten platen.
  • Opdracht: Bouw een sjek (krotwoning) van een oppervlakte van 9 vierkante meter met een slaapplaats voor 3 personen. Zorg ervoor dat de mensen zich kunnen wassen en kunnen eten.
  • Materiaal: grote kartonnen dozen, hout, krantenpapier, (duim)spijkers, touw, plakband

Nederland

  • Voorwerp: doctersvoorschrift
  • Schets: Ahmed en zijn familie zijn hier illegaal. Het kleinste kind wordt ziek, maar door geldgebrek en uit angst durft Ahmed niet onmiddellijk een dokter te roepen. Het kind wordt zieker en een dokter van het wijkcentrum wordt na lang aarzelen toch gevraagd. Dan blijkt dat er zware geneeskundige zorgen nodig zijn door laattijdigheid. Wie zal dat betalen? Illegalen zijn bij ons niet verzekerd in de ziektekostenverzekering. Ze vallen buiten iedere administratie, buiten ieder gewaarborgd minimuminkomen. Vaak leven illegalen in ernstige bestaansonzekere omstandigheden.
  • Opdracht: Hou een rede voor het parlement om het recht op gezondheidszorg voor iedereen ook voor illegalen erdoor te krijgen. Overleg vooraf in met je groep zodat de ganse groep achter de redevoering staat.
  • Materiaal: pen en papier

Antillen

  • Voorwerp: zon
  • Schets: Die met geld hebben het goed. Een zalige vakantie om bij te komen. Eens rusten in een mooi, zuiderse land, da's gezond kunne leven. Of zoals de Antilliaanse spreuk zegt: De zon is het leven, de warmte, de deugd. Wanneer de zon schijnt, gaat alles beter.
  • Opdracht: Met onze handen op de rug proberen we met onze neus samen op een flap papier een grote stralende zon te verven met vingerverf. Daarnaast schrijven we de spreuk….
  • Materiaal: papier, verf

Voedselzekerheid

Congo

  • Voorwerp: (lol)broek
  • Schets: Het gebrek aan bebouwbaar land en werk doet het grootste deel van de Congolezen in armoede belanden. De trek van het platteland naar de stad, bestaansonzekerheid, voortdurende zoektocht naar voedsel, ondanks alles bereid zijn de eindjes aan elkaar te knopen... Toch slaan de mensen zich er met humor door. On se débrouille…
  • Opdracht: Verzin een goede grap over arm/rijk.
  • Materiaal: pen en papier

Duitsland

  • Voorwerp: (droge) worst
  • Schets: Niet alleen het buikje hoort rond te zijn, ook welke producten je eet is belangrijk; In vele landen komen armere gezinnen er niet toe om een evenwichtig dieet samen te stellen. Ook bij ons loopt er op dat vlak heel wat mens: teveel vet, te veel vlees, te weinig verse groenten bij het dagelijkse brood of rijst…
  • Opdracht: Ga op stap (naar een winkel, bij iemand thuis navraag doen, …) en stel een super gezond dagrantsoen samen. Dan zoeken jullie een snelle en goedkope 'hapklare brok'. Vergelijk deze twee maaltijden qua prijs en vermenigvuldig dat met 30 (aantal dagen in een maand). Als je dat getal vergelijkt met een minimuminkomen (ongeveer 20 000 BEF), dan krijg je een beeld van hoeveel er nog rest voor huishuur, elektriciteit en verwarming. Wat zijn jullie conclusies?
  • Materiaal: pen en papier eventueel reclameblaadjes (met prijzen)

Uganda

  • Voorwerp: (papieren) puntzak
  • Schets: Heel dikwijls wordt er slechts eenmaal per dag ('s avonds) gegeten. Vooral voor kinderen met een lege maag is de dag dan lang. Als 'versnapering' is een gekookte zachte maïskolf of wat gepofte maïs dan zeer welkom. Bij de maaltijd worden vaak tot pasta gestampte pinda's tot saus verwerkt. En voor ons is het heerlijk boterhambeleg.
  • Opdracht: Jullie gaan zelf pindakaas maken Giet een pak ongebrande pindanoten in een diepe pot. Stampers, mortieren, vijzels, geen woorden uit een militair milieu, maar wel authentieke stokken waarmee Afrikanen hun noten pletten. Misschien kan je er wel vinden. Verrassend als je ziet dat de volle aardnoten na een tijdje een smeuïg, smeerbaar pastaatje gaan vormen. Zonder verdere ingrediënten kan je een heerlijke boterham met pindakaas klaarmaken. Smakelijk!
    EN/OF
    Gepofte maïs maken Een kom waarvan de bodem is bedekt met olie, zet je op een vuur. Als de olie behoorlijk warm is, strooi je er een hoopje maïs in. Vlug het deksel erop of de popcorn vliegt je om de oren. Vul een aantal zakjes, die je op de markt kan verkopen. Er zullen zeker lekkerbekken rondlopen die je kraam niet voorbij kunnen.
  • Materiaal: grondstoffen: ongebrande pinda's, brood, maïs, palmolie; gereedschap: stampers, potten, mes, vuur, pan, papieren puntzakjes

Congo Katanga

  • Voorwerp: banaan
  • Schets: Als er al een ontbijt is, dan is het zeker geen boterham met confituur. Vooral op het platteland, maar ook nog veel in de steden, bakken heel wat vrouwen enkele bananen of oliebolletjes (minkati) voor het ontbijt. Sommigen zetten er zelfs een klein handeltje mee op als bijverdienste voor het huishouden.
  • Opdracht: Jullie gaan zelf bananen bakken en minkati maken.
    Werkwijze bananen: Verhit een tefalpan met een laagje olie van een halve centimeter. Kijk steeds of de olie al gaat dampen. Snijd de bananen in schijfjes boven een keukenrol. Houd de bananen schuin, zodat de plakjes groter worden en minder snel breken. Leg een tweede stuk keukenrol over de schijfjes en maak ze er voorzichtig mee droog. Kijk nu of de olie heet genoeg is (180 °C). Dat kan je controleren met een stukje wit brood. Als dat begint te 'bruisen' en bruin wordt, is de olie klaar. Leg wat stukjes banaan op een schuimspaan en laat die in de olie zakken (niet teveel per keer). Laat ze bakken tot ze een goudbruine kleur krijgen. Laat uitdruipen op een stuk keukenpapier. Zoute chips maak je door er een beetje zout overheen te strooien, zoete chips met een mengsel van suiker en kaneel.
    Werkwijze minkati: Minkati zijn kleine deegbolletjes die worden gemaakt van bloem en water. Je draait er bolletjes van en bakt die dan in de palmolie. Op zich hebben de bolletjes niet zoveel smaak. Je kan echter ook minkati maken met zelfrijzende bloem en suiker. Je kan ook wat zout en kruiden toevoegen en voor een sausje zorgen.
  • Materiaal: grondstoffen: arachide of palmolie, 1 kg bij voorkeur bakbananen, bloem, suiker, zout, kaneel, water gereedschap: tefalpan, vuurtje of fornuis, keukenrol, schuimspaan, aardappelmesje

De kwis

Deze vragen zijn groepsopdrachten (zie speluitleg). Elke vragenronde bestaat uit 3 vragen. Het terrein wordt in twee vakken gedeeld. Na elke vraag moeten de deelnemers zich in het vak zetten dat volgens hen lieert met het goede antwoord. De deelnemers die in het foute vak staan vallen af. Zij mogen tijdens die ronde waarin ze afgevallen zijn niet meer meedoen. Ze mogen hun collega's natuurlijk wel met raad en daad bijstaan. De groep wint als meer dan de helft van de groepsleden overblijft

Reek 1

  1. Bezitten 500 superrijken evenveel als ongeveer de helft van de wereldbevolking (3 miljard mensen)? Nee (antwoord: 225)
  2. Bezitten 10 rijkste families in Nederland meer dan 100 miljoen euro? Ja
  3. Leven er 1 miljoen mensen in Nederland in armoede (Nederland heeft 17 miljoen inwoners)? Nee (1,4 miljoen mensen )

Reeks 2

  1. Reclame heeft als bedoeling dat mensen steeds meer kopen. Ook zaken die ze eigenlijk niet echt nodig hebben. Ziet de gemiddelde Amerikaan gedurende zijn leven 150 000 reclamespots? (Probeer voor jezelf eerst eens uit te rekenen hoeveel reclamespots jij elke week ziet.) Ja
  2. Wordt er jaarlijks 300 000 ton olie in zee gedumpt? Nee (600 000 ton)
  3. Is Latijns Amerika het enige continent waar het poliovirus volledig is uitgeroeid? Ja

Reeks 3

  1. Zijn de 3 rijkste mensen even rijk als de 48 armste landen? Ja
  2. Leeft in de Verenigde Staten 10% van de bevolking onder de armoedegrens? Nee (17%)
  3. Is het aantal armen in Nederland in 10 jaar verdubbeld? Ja

Reeks 4

  1. Wordt er in West Europa jaarlijks 500 miljard euro aan ijsjes besteed? Nee (400 miljard)
  2. Wordt er wereldwijd jaarlijks bijna 29 000 miljard euro aan wapens besteed? Ja (28 860 BEF)
  3. Leven over de hele wereld 2 miljard mensen van 70 euro per dag? Nee (37 euro)

Reeks 5

  1. Is Latijns Amerika het enige continent waar het poliovirus volledig is uitgeroeid? Ja
  2. Is een jaarlijks 6 miljard euro voldoende om voor iedereen, overal ter wereld, onderwijs te voorzien? Ja
  3. Is 10 miljard het jaarlijkse bedrag dat in Europa en de V.S. aan dierenvoeding besteed wordt? Nee (17 miljard)
  4. Sterven de armste bevolkingsgroepen in de V.S. gemiddeld 30 tot 40 jaar vroeger dan de rijkste Noord Amerikanen? Ja

Reeks 6

Het is aan jullie om de vragenreeksen verder aan te vullen (afhankelijk van de duur van het spel).

Nabespreking, niet vanzelfsprekend

Een goed groepsgesprek met scouts is niet vanzelfsprekend. Toch vinden we het belangrijk om ook met deze leeftijdsgroep een spel 'na te bespreken', te verwerken. De nabespreking van een spel is de analyse van de spelervaring met als doel deze spelervaring om te zetten in een leerervaring. We leren allemaal van ervaringen die we dagelijks opdoen. Belangrijk is ervoor te zorgen dat de ervaring niet snel vergeten wordt. En dat kan door een goede 'reflectie' op de ervaring, samen met anderen. Nabespreken in fases We zetten enkele tips op een rij. Aan jullie om deze nabespreking concreet te maken en aan te passen aan de groep. Een goede nabespreking bestaat uit verschillende stappen:

  1. Stoom afblazen Laat de jongeren de mogelijkheid om hun eerste indrukken van het spel weer te geven. Dat kan heel eenvoudig zijn door bijvoorbeeld te vragen wat de spelers van het spel vonden, wat hun eerste indruk was. Als jongeren de mogelijkheid krijgen om stoom af te blazen, zijn ze meer geconcentreerd voor de volgende fases.
  2. Wat is er tijdens het spel gebeurd? Probeer zoveel mogelijk gegevens over het spel bij de verschillende deelnemers te verzamelen. Dat kan gaan over bepaalde gevoelens, confronterende situaties.
  3. De vergelijking met de realiteit Met deze stap kan je als begeleider de jongeren ertoe aanzetten om te discussiëren over de link tussen het spel en de realiteit. Je kan de deelnemers vragen om een mening te formuleren en hen vragen die mening te staven vanuit het spel. Breng het gesprek op gang door eventueel zelf een stelling te poneren en vraag aan de spelers om ze te staven of te verwerpen.
  4. Wat nu? Dit is een actieplanningsfase waarbij de deelnemers gaan nadenken over wat ze nu precies gaan doen of kunnen doen na het spelen van het spel. Vraag de spelers wat ze nu anders zouden doen of aanpakken. Is hun mening over bepaalde zaken gewijzigd?

Benodigd materiaal

Tafels, stoelen en doeken om een kloof te bouwen (evt. sjorren; sjorhout) Wereldkaart/wereldbol Centraal een tafel waar opdrachten uitgestald liggen Fiches met opdrachten (bevatten situering van het land + materiaal voor opdracht) Wekker of grote klok Voorwerpen per opdracht (+ touw om de voorwerpen over de kloof te werpen) Materiaal voor de opdrachten Vragenfiches voor de kwis 2 banken of een touw om het ja/nee terrein af te bakenen (kwis) Balken (om de kloof te overbruggen) Per groep: merkteken om groepen te onderscheiden

Tips

  • Deze activiteit heeft betrekking op het duurzame ontwikkelingsdoel: Doel 1 Einde aan armoede, doel 2 Einde aan honger, en Doel 10 Minder ongelijkheid (tussen landen / regio's).
  • Je kan ook ingaan op het interculturele aspect. Op de gelijkenissen en verschillen tussen mensen hier en elders in de wereld.
  • Werk in kleine groepjes, waar elke jongere afzonderlijk voldoende aan bod kan komen.
  • Een nabespreking hoeft niet lang te duren. Liever kort en goed: 10 à 15 minuten dan een slepende 30 minuten.
  • Gebruik hulpmiddelen die het gesprek structureren en die de deelnemers stimuleren om naar elkaar te luisteren: een micro doorgeven - jongeren één voor één op de vraagstoel zetten - jongeren mogen iets zeggen vanuit een kijkkast (achterwerk in de kast)
  • Je kan deze activiteit ook op nietverbale manieren naverwerken, via gerichte expressietechnieken:
    • een verhaal beluisteren
    • samen aan een grote tekening werken
    • een kunstwerk uit klei optrekken
Lees 4098 keer Laatst aangepast op zondag, 06 februari 2022 13:51
Meer in deze categorie: « Griezelen in het bos Tovenaarsspel »
Log in om reacties te plaatsen