Waarom / doel van de activiteit
Mooie 'babytjes' maken van vruchten uit de natuur.
Beschrijving van de activiteit
Bas bos weet dat je in het najaar vaak dennenkegels, eikels, kastanjes en beukennootjes vindt. Deze noemen we boomvruchten. Een boomvrucht bevat zaad waaruit weer een nieuw boompje kan groeien. Lang niet alle boomvruchten groeien uit tot een boom. Veel zaden worden opgegeten door knaagdieren als eekhoorns en vogels.
In sommige jaren zijn er veel meer eikels dan andere jaren, dat noemen we een mastjaar. Het kost een eik in een mastjaar veel energie om zoveel eikels te maken. Het jaar daarna heeft hij nodig om bij te komen en geeft hij maar weinig eikeltjes. Ook beuken en kastanjes kennen mastjaren.
Keet kleur komt bij bas want zij vind het erg leuk om met dennenkegels, eikels, kastanjes, elzenpropjes en andere boomvruchten te knutselen en brengt de groep direct in een herfstsfeer.
Voordat Bas Bos en Keet het bos in gaan om de boom vruchten te zoeken, staan ze stil bij het feit dat uit boomvruchten jonge ‘baby’ boompjes kunnen groeien. Bas Bos stelt voor om ook een aantal eikeltjes of andere boomvruchten in de grond te stoppen om voor nieuwe bomen te zorgen en ook ééntje in een potje met aarde en hem af en toe water te geven. Zet op een lichte plek maar niet in de volle zon. Het kan wel lang duren voor er een kiemplantje uit groeit.
De bevers knutselen babytjes van de boomvruchten.
Lijm bijvoorbeeld een kraal als hoofdje op een larikskegeltje of eikeltje. Gebruik mos voor de haren en een eikeldopje of het napje van beukennootjes als een mutsje. Teken oogjes met een stift. Maak een bedje voor de baby in een luciferdoosje, met wat mos als matrasje en een blaadje als dekentje.
Benodigd materiaal
- Kralen,
- Lijm,
- Stift.
- Boomvruchten als eikels, eikeldopjes, larikskegeltjes,
- Mos
- Luciferdoosje,
- blaadje