Waarom / doel van de activiteit

Het beter bestuderen van mieren.

Beschrijving van de activiteit

Ikke komt in de Jungle regelmatig mieren tegen. Hij wil er eigenlijk wel wat meer van weten. Daarom is hij naar Talaab poel gegaan om met Mowgli en Shanti de mier te gaan onderzoeken.

De meest voorkomende mieren in Nederland zijn zwarte wegmieren. Je kunt deze kleine bezige miertjes dan ook overal zien lopen: over de stoep, in bloempotten, over rozen in de tuin, over de tuintafel. Mieren lopen in een rijtje wanneer ze een geurspoor volgen dat aangeeft waar voedsel te vinden is. Dat geurspoor noemen we een mierenstraat. Mieren eten insecten maar zijn ook dol op zoetigheid en daarom komen ze graag op visite in je keuken, op zoek naar wat lekkers. Zwarte wegmieren bijten niet, de veel grotere rode bosmieren wel.

In de tuin wonen de mieren in een mierennest onder de grond, vaak onder stoeptegels. De ingang van het mierennest zit dan tussen 2 tegels, je ziet een gaatje waar ze in en uit kruipen, met vaak een hoopje zand op de tegels. Wist je dat er daar een huis kan zijn met wel 6 verschillende kamers? De kamer van de koningin (daar legt ze de eitjes), de kraamkamer, de voorraadkamer, de ziekenkamer, de afvalkamer en de gastenkamer (daar houden
mieren luizen, vanwege de zoete honingdauw die ze uitscheiden).

Opdracht 1: Mieren spotten

De kinderen gaan buiten op zoek naar mieren. Als ze mieren gevonden hebben bestuderen ze de beestjes. Waar zijn de mieren mee bezig? Waar lopen ze naartoe? Zijn er mieren die voedsel hebben gevonden? Wat doen ze daarmee? Wat eten mieren? Kunnen de kinderen zien waar de mieren het voedsel naartoe sjouwen en zo ontdekken waar de mieren wonen?

Opdracht 2: Tekenen

Teken zo goed mogelijk een mier na. Een mier heeft een kop met kaken en voelsprieten, 6 poten aan het borststuk en een achterlijf. Lok de mieren met een druppeltje honing of suikerwater op wit papier. Dan blijven ze stilletjes zitten om van het feestmaal te genieten en kun je ze goed bekijken tegen de witte achtergrond.

Benodigd materiaal

• Papier
• Potlood
• Druppeltje honing of suikerwater