De groep wordt in groepjes van 2, maximum 3 verdeeld. Iedere groep krijgt een kaartje met een bepaalde kleurencombinatie op. (bijvoorbeeld rood, geel, blauw, groen, paars, oranje, donker bruin) De combinatie bestaat uit verschillend gekleurde bolletjes. Iedere groep moet met zijn kleurencombinatie in het bos de overeenkomstige kleurencombinatie proberen te vinden. Hebben ze die gevonden dan laten ze die overeenkomstige kaart hangen, maar ze onthouden de letter die op de achterkant staat. Die letter komen ze zo vlug mogelijk vertellen aan de centrale.

Naargelang je het spel langer wil maken kan je ze ook opdrachten laten uitvoeren. Hebben ze dat juist gedaan dan krijgen ze een nieuwe kleurencombinatie en moeten ze weer het bos in om zo weer een overeenkomstige kaart te zoeken.

Op het einde, als ze alle letters gevonden hebben, dan is het de bedoeling dat ze met die letters zo vlug mogelijk een woord vormen. De eerste die het woord gevonden heeft, is gewonnen.