Waarom / doel van de activiteit
Kringspel: bewegen, behendigheid en geheugen trainen.
Beschrijving van de activiteit
De kinderen maken een kring met krukjes of staptegels. Één kind staat in het midden van de kring. Ieder kind wordt een stuk fruit, bijvoorbeeld aardbeien, bananen, kiwi's en sinaasappels. Het kind in het midden van de kring mag een stuk fruit noemen, bv. Sinaasappels. Alle kinderen die ‘sinaasappel’ zijn staan op en rennen buiten de kring naar een andere (lege) plaats. Het kind in de kring probeert tegelijk ook op een lege kruk te komen. Het kind dat niet op een kruk zit gaat in het midden staan, noemt dan een fruitsoort enz. enz.
Variaties
- Je mag ook twee fruitsoorten tegelijk noemen.
- Als de middelste persoon ‘fruitmand’ roept, dan moet de hele kring gaan rennen.
- De kinderen rennen een heel rondje buitenom de hele kring (om de andere kinderen heen), totdat ze weer op hun eigen plek terug zijn en een tikker doet mee.
- De kinderen rennen niet buitenom maar dwars door de kring naar een andere plaats.
Benodigd materiaal
- Grote ruimte
- krukjes/stoeltjes of staptegels/markeringen
Veiligheid
Let op het enthousiasme van de kinderen en zorg voor stevige stoeltjes/krukken.
Tips
- Varieer in het spel, bouw het van eenvoudig naar uitgebreider op.
- Bij grotere groepen kan je met meer fruitsoorten werken, bij kleine met minder.
- Bij grotere groepen kan je meerdere personen in het midden zetten en samen de fruitsoort(en) laten bepalen.