Waarom / doel van de activiteit
6 Activiteiten om elkaar nóg beter te leren kennen.
Beschrijving van de activiteit
Als speltak, met name de leden van je eigen nest of ploeg, breng je veel tijd samen door en maak je van alles mee, Vooral met zomer mak je samen herinneringen voor het leven, hierdoor ken je elkaar al goed. Toch heeft ieder lid zijn eigen voorkeuren, interesses, mening, talenten, ideeën enz. Door middel van de onderstaande activiteiten leren groepsgenoten elkaar nóg beter kennen.
1. Andere vragen stellen
Iedereen het wel; je vraagt iemand hoe zijn of haar dag was en het antwoordvdat er dan vaak volgt is “goed”. Iedereen maakt op een dag een hele hoop mee, prettige maar ook nare zaken en al deze zaken maken diegene tot wie hij of zij is. Datzelfde geldt voor iedereen natuurlijk. Door het stellen van andere vragen, krijg je andere antwoorden. Ga ermee aan de slag en laat je verbazen!
- Wat is iets wat ik heel vaak tegen je zeg?
- Kun je omschrijven wat ik voor werk doe?
- Wat vind je leuk om met mij te doen?
- Als onze huisdier kon praten, wat zou hij dan zeggen?
- Wat vind ik altijd heel grappig?
- Wat vind jij altijd super grappig?
- Waarom is roze/blauw/groen/paars je lievelingskleur?
- Waarom is patat/pizza/spinazie je lievelingseten?
- Waar zou je supergraag naartoe willen?
- Weet jij wat mij gelukkig maakt?
- Weet jij wat mij verdrietig maakt?
- Waar word jij verdrietig van?
- Wat is het leukste dat je deze dag/week gedaan hebt?
- Wat is het stomste dat je deze dag/week gedaan hebt?
- Wat vind je supervies?
- Kun je me iets heel grappigs vertellen?
- Kun je me iets heel verdrietigs of stoms vertellen?
- Wat is mijn lievelingseten, -kleur, -dier, etc?
- Met wie speel je het allerliefst?
- Wat speel je het allerliefst?
- Wat is het grappigste woord dat je kent?
- Waar zou je het allerliefst willen wonen?
- Wat wil je later worden?
- Zou je later een huisdier willen?
- Als je iets mocht veranderen aan het clubhuis, wat zou je dan veranderen?
- Als je iets mocht kopen, maakt niet uit hoe duur, wat zou je dan kopen?
- Als je iets voor mij mocht kopen, maakt niet uit hoe duur, wat zou je dan kopen?
- Wat zou ik jou vaker moeten vragen?
2. Ik ga naar een onbewoond eiland en neem mee..
Alle jeugdleden spreken uit; “Ik ga naar een onbewoond eiland en neem mee..” en voegt daaraan een voorwerp, persoon, dier etc. toe. Telkens wordt de lijst langer en dient onthouden en uitgesproken te worden door de gezinsleden. De lijst wordt steeds langer en lastiger. Leer elkaar beter kennen en train die hersenen!
Voorbeeld: “Ik ga naar een onbewoond eiland en neem mee.. de hond, mijn beste vriend Freek, mijn knutselspulletjes, de voetbal, een pan… etc “
3. Maak een levensgrote groepsfoto
Maak een omtrek van elk jeugdlid met stift of stoepkrijt op een groot papier (papieren tafelkleed) of op de stoep. Binnen de omtrek wordt vervolgens beschreven of getekend wat het jeugdlid kenmerkt, goed kan of waarin diegene juist nog mag groeien. Doe dit bij je eigen omtrek maar vraag je groepsgenoten om mee te denken
Plaats kenmerken op de plek binnen het lichaam waar het zou kunnen passen, bijvoorbeeld:
- Hoofd: beschrijf of teken gedachten, interesses en andere zaken die je bezighouden
- Ogen: beschrijf of teken wat je graag of juist niet graag ziet
- Neus: Waar heb jij een neus voor, wat kun je uitermate goed?
- Mond: Wat lust je graag? Wat zeg je vaak? Wat kun je beter niet uitspreken? Wat zeg je niet maar zou je wel willen zeggen?
- Nek: Waar steek jij je nek voor uit?
- Schouders: Wat draag jij op je schouders? Wat vind je lastig?
- Bovenarmen: Wat maakt jou sterk/krachtig?
- Hart: Wie of wat zit er in je hart? Wat is het meest belangrijk voor jou?
- Buik: Wat vind je lekker, zijn je hobby’s, leuk of bezorgt je juist buikpijn?
- Benen: Waarvan groei jij? Waar wil je nog in groeien en waar ben je al in gegroeid?
- Voeten: Waardoor wordt jij op je tenen getrapt? Hoe aard jij/kom je tot rust? Waarvan krijg jij lood in de schoenen/ Wat doe je niet graag?
Doormiddel van het gebruik van kleuren en symbolen wordt het portret nóg duidelijker.
4. Eitje gooien
Neem een rauw ei en maak een cirkel. Gooi het ei binnen 5 seconden naar iemand uit de cirkel en noem iets dat je leuk, lekker of interessant vindt. Houdt de snelheid erin en maak de cirkel telkens een stukje groter door een stap naar achteren te zetten. Hoelang houden jullie het vol zonder dat het ei breekt? Wat ben je te weten gekomen dat je nog niet wist?
5. Wie is het?
Schrijf op stukjes papier, bijvoorbeeld post-its, de namen van alle leden. Vervolgens neem je zonder erop te kijken een briefje met naam en plakt deze op je voorhoofd. Stel vragen aan de overige familieleden om erachter te komen welke naam op het briefje staat.
6. Over de streep
Trek een streep of spreek een denkbeeldige lijn af. Ga allen aan één kant, maar op een aantal meter afstand van de streep staan en zeg om de beurt “ik heb nog nooit …” en vul de zin aan met een activiteit die je wél of juist nog nóóit ondernomen hebt. Steeds wanneer je een activiteit hoort die je wél ondernomen hebt, zet je één stap richting de streep. Wanneer de eerste de streep over is, is het spel voorbij of begint het opnieuw.
Benodigd materiaal
Spel 5: postit
Spel 6: eventueel krijt of touw
Veiligheid
Sommige kinderen vinden het minder fijn over persoonlijke dingen te praten. Voer deze activiteiten uit in kleine groepjes, bijvoorbeeld in nesten / ploegen
Tips
Spel 1: je kunt hier eventueel ook teatopics voor gebruiken
Spel 2: Bevraag elkaar over de zaken die meegaan naar het onbewoond eiland, ze zijn niet zomaar gekozen. Bijvoorbeeld “Wat maakt dat je de hond meeneemt en niet de kat?”
Spel 3. Geef eventueel de uitgetekende jeugdleden ook 'kleren'
Spel 4 Varieer met thema’s, benoem juist zaken die bij de vanger horen of geef elkaar op deze ludieke wijze een compliment.
Spel 5: Speel dit echt in nesten / ploegen. Hierdoor duurt het niet te lang.
Spel 6: Varieer met thema’s en ga eens op zoek naar gemeenschappelijke interesses!
