Waarom / doel van de activiteit
Een schonere verbranding van je houtvuur begint al bij het aansteken ervan. Er is een simpele manier om je vuur op een ‘schone’ manier aan te steken. Dat is de top-downmethode, of beter bekend als de Zwitserse aansteekmethode.
Beschrijving van de activiteit
Omgekeerd houtstoken
De naam zegt het al, de Zwitserse stookmethode is een manier waarbij je vuur van boven naar onder wordt aangestoken. Dit is eigenlijk omgekeerd houtstoken. De meeste mensen steken hun kampvuur of kachel van onderen aan, terwijl het bij deze methode juist de bedoeling is dat je het vuur van boven aansteekt. Op deze manier zorg je ervoor dat je al vanaf het begin een (bijna) volledige verbranding krijgt. Zo voorkom je onnodige rookoverlast en wordt de uitstoot van stof sterk verminderd.
Stapel de blokken kruislings, van dik van naar dun hout met bovenop een aanmaakblokje
Deze Zwitserse aansteekmethode pas je toe in de zogenaamde aansteekfase. Het is van belang dat je de houtstapel kruislings stapelt en daarbij gebruik maakt 6 tot 8 stukken hout met een lengte die ruim smaller is dan je vuurplaats of kachel, een hoogte en doorsnede van 3 tot 10 cm, aanmaakhoutjes en een aanmaakblokje. Wij leggen deze methode hieronder verder uit aan de hand van een stappenplan:
Stappenplan:
- De basis voor verantwoord stoken en het toepassen van de Zwitserse aansteekmethode is het gebruik van droog en schoon hout. Het vochtpercentage van het hout moet tussen de 15 en 20% liggen. Dit kan je eenvoudig meten met behulp van een houtvochtmeter.
- Bij een binnenvuur: zet vervolgens de luchttoevoer van de houtkachel of houthaard helemaal open.
Bij een buitenvuur: zorg dat er voldoende lucht bij kan komen, maar als het hard waait temper zonodig de luchtstroom. - Stapel de stukken hout van dik naar dun, op een klein afstandje van elkaar, kruislings. Hier bovenop stapel je nog wat aanmaakhoutjes kruislings.
En helemaal bovenop leg je het aanmaakblokje. In de wat kleinere haarden leg je alle stukken gewoon in de lengte, maar altijd met wat ruimte, zodat de lucht daar makkelijker tussendoor kan gaan. - Steek het aanmaakblokje vervolgens aan en het vuur brandt van boven naar onder. Het hout warmt langzaam op, het brandt hierdoor langer, het vuur is meer gecontroleerd en bovendien is deze methode een stuk beter voor het milieu. De rookgassen die ontstaan onder het vuur stijgen langzaam en worden door de hitte van het vuur grotendeels verbrand.
- Langzaam zal het vuur naar beneden trekken en de grote blokken die onder aan de stapel liggen aansteken tot je een prachtig vlammenspel ziet. Vervolgens kan bij een kachel de luchttoevoer een klein beetje teruggezet worden (driekwart open is prima).
Het verschil tussen de traditionele aansteekmethode en de Zwiterse aansteekmethode
Veel houtstokers zijn zichzelf niet bewust van hun manier van stoken en steken de houtkachel of het kampvuur aan via de traditionele aansteekmethode. Deze methode wijkt op enkele punten af van de Zwiterse aansteekmethode. Zo plaats je bij de traditionele methode de aanmaakhoutjes kruislings onder op de stookbodem met daar bovenop de blokken hout. En vervolgens steek je deze van onderen af aan.
Door het toepassen van deze traditionele wijze is de kans op rookoverlast groter. En met de Zwitserse stookmethode beperk je juist de overlast doordat je het hout voorverwarmt en het vuur rustig opstart. Op deze manier geniet je op een verantwoorde manier van het kampvuur of van het vuur in je houtkachel.
Programma-opzet:
- Geef uitleg over deze wijze van vuur maken, vertel waarom we dit doen en dat we dit in de praktijk gaan brengen.
- Bepaal in welke groepjes je dit vuur gaat verzorgen en deel de jeugdleden in.
- Verzamel per groepje voldoende droog hout, aanmaakmateriaal (bruin aanmaakblokje of houtkrullen) en kies een geschikte stookplaats.
- Zorg voor een emmer of pan voor water, firesteel, lucifers of aansteker. Bijl, zaag of mes om het hout te bewerken.
- Hak of zaag het hout in de gewenste grootte en bereid het aanmaakmateriaal voor.
- Bouw het hout op zoals in de tekening vermeld en plaats het aanmaakmateriaal.
- Zorg voor water in een emmer of pan voor als het nodig is.
- Zorg dat de leden van het groepje weten wie het vuur gaat aansteken. Geef ook de leden de kans die dit nog niet zo vaak gedaan hebben.
- Steek het aanmaakblokje aan en kijk hoe het vuur zich langzaam naar beneden verspreid.
- Als het niet (helemaal) goed gaat, probeer het proces van opbouw en aansteken te herhalen.
- Veel plezier en zorg voor het veilig omgaan met het vuur!!
- Als extra keuze kun je ervoor kiezen of je met het vuur iets gaat doen zoals een broodje of bijvoorbeeld pannekoeken of een frikandel bakken. Zorg in dat geval voor de ingrediënten, een stok, vuurpan of rooster