Waarom / doel van de activiteit

Jeugdleden maken een reis rond de wereld en maken kennis met de cultuur en sociale omstandigheden in verschillende landen in deze levende versie van het bekende bordspel.

Beschrijving van de activiteit

Er wordt een soort monopolybord gemaakt. Dit wordt in 4 delen gedeeld: Amerika, Azie, Afrika, Europa. Net zoals bij de gewone Monopoly-versie zijn er hokjes, die hier elk voor een land staan. Dat land kan veroverd door een opdracht uit te voeren (en te winnen). Wanneer iemand op dat vakje komt te staan door het gooien van een dobbelsteen, kiest hij een tegenstander. Wie de opdracht dan het beste vervult, verovert het land. Wanneer het land al in het bezit is van iemand mag je niet meer kiezen wie je uitdaagt, maar moet je het duel voeren tegen de eigenaar van het land. Wanneer jij wint, wordt dat land jouw eigendom. Het doel is zo veel mogelijk landen te veroveren/behouden tegen het einde van het spel. Bij elk land hoort een opdracht die typisch is voor dat bepaalde land. De opdrachten vind je hieronder. Bij het passeren langs start krijgt iedereen 5 snoepjes, maar die kan je verliezen door kanskaartjes (er zijn ook 4 kanshokjes op het bord), zoals je soms geld in de pot moet leggen bij het echte monopoly. Hier zijn dat dan snoepjes. Op het einde van het spel mogen de snoepjes uiteraard opgegeten worden, en hoe meer je er hebt hoe leuker voor je buikje natuurlijk!

Europa

• België: In België staan er heel vaak aardappelen op het menu, maar ook met de zakken ervan kunnen we heel wat leuks doen. Jullie nemen elke een juten zak en wie het snelste aan de overkant is, verovert België.
• Griekenland: Wie kan het snelst een parcours afleggen met een lastige geit? (iemand van de leiding speelt geit met een touw rond de buik, bij de kindjes die al veel landen veroverd hebben doen we extra lastig). Wie het snelst het parcours kan afleggen met de geit, verovert Griekenland.
• Engeland: Om naar Engeland te geraken moeten we door de Eurotunnel. Wie geraakt het snelst door de tunnel? (We bouwen een tunnel met stoelen en daar een doek op). Wie het snelst door de tunnel is, verovert Engeland. (plan B: cricket)
• Finland: In Finland is het soms erg lang donker. Een kaarsje is dan natuurlijk erg handig, zolang het brandt natuurlijk. Houd daarom het kaarsje zolang mogelijk brandend. Je mag proberen dat van het andere uit te blazen. Wie zijn kaarsje het langste brandt, verovert Finland.
• Spanje: Spanje staat bekend voor zijn stierengevechten. Het is niet gemakkelijk om op een stier zijn rug te blijven zitten, en dus dagen wij jullie uit om zo lang mogelijk op de stier (iemand van de leiding) zijn rug te blijven zitten. Wie het langst blijft zitten wint Spanje.
• Italië: Maak je eigen vieruurtje, namelijk een echte Italiaanse pizza. Wie de origineelste pizza maakt, verovert Italië (we snijden een pizzadeeg in 4 of gebruiken pitabroodjes).
• Duitsland: Jullie staan elk langs een kant van de Berlijnse muur (2 leiding staat op een stoel en houdt een groot doek vast zodat ze elkaar niet kunnen zien) , je gooit de bal naar elkaar en wie de bal niet meer kan vangen, verliest. De andere wint Duitsland.
• Frankrijk: Bij Frankrijk denken we natuurlijk aan de Eiffeltoren, jullie mogen ook een toren maken, meer bepaald met kaarten. Maak een kaartenhuisje. Wie na 3 minuten de hoogste toren (kaartenhuisje) heeft, verovert Frankrijk.

Amerika

• Brazilië: Brazilië is bekend van zijn carnaval, dan is het altijd groot feest en hangen er dus overal slingers. Maak elk een slinger door strookjes papier rond elkaar te binden. Wie na 2 minuten de langste slinger heeft, verovert Brazilië.
• Peru: In Peru leven heel wat lama’s, als die nieuwsgierige toeristen eens een lesje willen leren, spuwen ze in hun gezicht. Daarvoor moeten ze natuurlijk goed kunnen mikken. Jullie moeten nu dus ook een test doen om goed te kunnen mikken. Jullie krijgen elk 10 ringetjes. Wie het er het meeste over de colaflesjes kan gooien, verovert Peru.
• Chili: Je gaat op cruise naar Chili, het is heel gezellig tot plots de boot dreigt te zinken. Om jezelf en de medereizigers te redden probeer je zoveel mogelijk water uit de boot te krijgen. Jullie moeten met een rietje water zuigen uit een kom en dat overbrengen naar een flesje. Wie het eerst het (klein) flesje vol heeft, verovert Chili.
• Mexico: In Mexico is er altijd veel sfeer, en er wordt heel veel gefeest. Jullie dagen elkaar uit in een wedstrijdje hoelahoepen. Jullie mogen eventjes oefenen, en daarna gaat de wedstrijd van start. Wie het langst kan hoelahoepen, verovert Mexico.
• VS: De Amerikanen eten heel graag chips, en hebben er dan ook erg veel voor over. Wanneer de leiding het startsignaal geeft mogen jullie beginnen zoeken. We hebben verschillende Pringels-doosjes verstopt in het kamphuis. Wie het eerst bij de leiding terugkomt met een Pringels-doosje, verovert de VS.
• Cuba: Bij het horen van Cuba denken we meteen aan de kernraketten. Er moest goed afgevuurd worden, en ze moesten goed kunnen mikken. Jullie gaan elk met een katapult mogen schieten op enkele gestapelde blikken. Wie het meeste blikken heeft afgeschoten (na 5x schieten), verovert Cuba.
• Canada: Justin Bieber is afkomstig uit Canada, dus gaat dit duel om hem. Meer bepaald om de imitatie. Jullie mogen je laten gaan op ‘Baby’ van hem, wie de beste imitatie neerzet verovert Canada.
• Alaska: In Alaska is het erg koud en dus moeten de mensen zich goed kleden. Jullie krijgen 3 minuten de tijd om zoveel mogelijk kleren aan te trekken. Wie na het fluitsignaal de meeste kleren aanheeft, verovert Alaska.

Azië

• China: In China staat een hele lange muur, de Chinese muur. Jullie dagen elkaar uit in een wedstrijdje muurzitten. Wie het langst tegen de muur kan zitten met de benen in een hoek van 90°, verovert China.
• Japan: Onlangs passeerde er in Japan een tsunami, dan lukt het niet om nog weg te lopen dus moet je andere mogelijkheden zoeken om je te verplaatsen. Bijvoorbeeld langs een touw in de lucht. Er hangt een touw rond 2 bomen in het bos en jullie moeten zo snel mogelijk zoals een aapje naar de overkant. Wie het snelste de overkant bereikt, verovert Japan.
• Thailand: In Thailand zijn er heel wat mensen gespecialiseerd in masseren. Jullie mogen je masseerkwaliteiten laten zien aan de leiding. Wie het beste masseert, verovert Japan. 
• India: In India worden de mensen onder verdeeld in kasten. De hoogste kaste leeft in grote luxe, maar de laagste kaste heeft bijna geen rechten. Jullie behoren nu tot de laagste klasse en moeten schoonmaken; wie het eerste 5 papiertjes/afval van het terrein tot aan de vuilbak brengt, verovert India.
• Zuid-Korea: In Korea eten ze graag rijst, jullie sorteren nu zo snel mogelijk de rijst in groepjes van 10 rijstkorreltjes. Wie het eerste 10 groepjes heeft gemaakt, verovert Zuid-Korea.
• Noord-Korea: Koreaans is een moeilijke taal, het kost ons heel wat moeite om dat te vertalen. Jullie krijgen nu elk een papiertje dat jullie moeten ontcijferen aan de hand van een legende. Wie raadt het snelste wat erop staat? Als je fout raadt, verlies je sowieso. Wie wint, verovert Noord-Korea.
• Palestina: In Palestina vinden we de Klaagmuur. Daar klagen joden door middel van papiertjes in de muur te steken. Jullie hoeven geen papiertjes te gebruiken, jullie mogen gewoon elk 1 minuut lang klagen over hoe slecht het is hier op weekend. Wie het origineelst klaagt, verovert Palestina.
• Sri Lanka: Een paar jaar geleden verwoestte de tsunami heel wat huizen in Sri Lanka. Mensen probeerden nog snel hun dierbaarste bezittingen bijeen te rapen, maar dat ging niet altijd gemakkelijk. Jullie moeten met je handen op de rug gebonden zoveel mogelijk spullen proberen bijeenkrijgen binnen de 2 minuten uit een bak met water. Wie nog de meeste spullen kan redden, verovert Sri Lanka.

Afrika

• Congo: Heel wat Congolezen houden van dansen, zo ook van limbodansen. Wie het langste kan doorgaan, verovert Congo.
• Zuid-Afrika: Wij verspillen soms water, maar in Zuid-Afrika betekent het heel veel voor de mensen. Ze hebben er dan ook veel voor over. Jullie moeten zo lang mogelijk 2 flessen voor jullie houden met gestrekte armen. Wie het langste volhoudt, verovert Zuid-Afrika.
• Burundi: Doe om beurten een jungledier na. Wie niets meer weet, verliest. Wanneer de leiding niet kan raden welk dier het is verlies je ook. Wie wint, verovert Burundi.
• Zimbabwe: We zetten een Afrikaans muziekje op, jullie mogen vrij dansen. Jullie moeten wel om de 4 tellen een ander danspasje uitvinden. Wie het eerst inspiratieloos is, verliest en de andere verovert dus Zimbabwe.
• Kenia: Je bent op safari en je moest snel plassen. Je zit op je gemak in de brousse, tot plots een leeuw goeiedag komt zeggen. De jeep is al een beetje verder, dus je moet zo snel lopen als je kan. Loop allebei rond het gebouw, wie het snelste terug is verovert Kenia.
• Egypte: Mummificeer een vrijwilliger. Je moet snel zijn, en het mag niet te snel doorscheuren. Wie het snelst klaar is krijgt 1 punt, en ook wie het langste stuk wc-papier heeft krijgt 1 punt. Als jullie elk 1 punt hebben, verovert niemand Egypte. Als iemand 2 punten heeft, verovert die uiteraard wel Egypte.
• Tanzania: Je komt van de waterput en wil zoveel mogelijk water sparen om aan je familie te kunnen geven. Loop dus zo snel mogelijk, maar mors zo weinig mogelijk water. Wie het snelst over de streep komt krijgt 1 punt. Wie het meeste water over heeft, krijgt ook 1 punt. Als jullie elk 1 punt hebben, verovert niemand Tanzania. Als iemand 2 punten heeft, verovert die uiteraard wel Tanzania.
• Rwanda: We zetten een beetje Afrikaanse muziek op, dan kriebelt het bij veel Afrikaanse vrouwen al om te beginnen dansen, en daarbij eens goed met het hele lijf te shaken. Jullie krijgen een tissue-doos rond je middel gebonden met een paar pingpongballetjes erin, wie eerst de pingpongballetjes eruit kan shaken, verovert Rwanda.

Voorbereidingstijd

1 uur.

Benodigd materiaal

• Blaadjes monopoly.
• Pennen.
• Dobbelstenen.
• Zakloop zakken.
• Kaarsjes.
• Lucifers.
• Doeken.
• Touw.
• Bal.
• Slingers.
• Bekers.
• Bakjes.
• Water.
• Rietjes.
• Schoenendozen.
• Pingpong ballen.
• Wc rollen (heel veel).
• Ringen.
• Flessen.
• Flesjes.
• Geheimschrift.
• Kleding.
• Hoela hoepen.
• Enz.

Tips

• Dat alle kinderen meedoen.
• Spelbegeleider bij het bord.
• Veel deelnemers heb je veel dobbelstenen nodig.
• Pas de activiteiten zo nodig aan aan de leeftijd en het niveau van je jeugdleden.

Bron: jeugdwerknet.be