Waarom / doel van de activiteit

Ga naar buiten en maak met de welpen een letters slang met voorwerpen uit de natuur.

Beschrijving van de activiteit

Kaa is bij de Talab poel bezig met met het maken van een woordweb. Hij schrijft in het midden het woordje natuur en vraag aan welke woorden de welpen denken bij dit woord. Schrijf die woorden bij op het papier (bijvoorbeeld: boom, dier, steen, seizoen) en trek lijnen naar het woord natuur. Laat bij elk woord weer nieuwe woorden. Bedenken en trek verbindingslijnen (bijvoorbeeld bij dier: eekhoorn, vos, vogel, paard).

Ga hier mee door tot het papier vol staat met woorden die betrekking hebben op natuur. Nu gaan de welpen voorwerpen zoeken in de natuur waarbij de letters van het woord van belang zijn.

Elk nest gaat op zoek naar voorwerpen om een letters slang mee te maken. Bijvoorbeeld: bes – steen – noot – tak – kastanje – eikel – lieveheersbeestje.

Leg de voorwerpen achter elkaar neer als een slang. Probeer de slang zo lang mogelijk te maken.

Loop met alle welpen langs de letters slangen en laat de woorden noemen bij de voorwerpen. Probeer daarna de verschillende slangen aan elkaar te leggen tot één lange slang door voorwerpen te laten zoeken die de slangen met elkaar kunnen verbinden. Als dat niet lukt kun je een eerste of laatste voorwerp uit een slang wegnemen om het makkelijker te maken.

Buiten of in het clubhuis kun je de activiteit afsluiten met een variant op het woordspel galgje, door middel van het stapelen van stenen. Neem daarvoor platte stenen en laat de kinderen eerst oefenen met het stapelen, dat is best moeilijk.

Kies een woord dat met natuur te maken heeft bijvoorbeeld: wintervacht. De welpen raden om de beurt een letter. Als de letter niet in het woord voorkomt leggen ze een steen boven op een andere steen, zo wordt de toren steeds hoger. Kunnen ze het woord raden voor de toren omvalt?

Bron

Natuuropdrachten

Benodigd materiaal

• Papier
• Pen
• Stenen