Waarom / doel van de activiteit

Vis roken in blik.

Beschrijving van de activiteit

Variant 1

Bouw een vuur waarbij vrij veel kolen / gloeiend hout ontstaat.

Prepareer hierna het blik: doe eerst een paar handen zaagsel of houtmot in je biscuitblik en leg de takjes rozemarijn en salie erop. Plaats het rooster zodanig in het blik dat het ongeveer halverwege de hoogte van het blik ligt of buig een stuk kippengaas op maat. Maak nu met een schroevendraaier voorzichtig vijf of zes gaatjes in het deksel van het blik. Zalmfilets zijn over het algemeen allemaal even groot en dik, dus zal de tijd die ze nodig hebben om gaar te worden over het algemeen ook hetzelfde zijn. Bestrooi de filets met zout en wrijf ze in met wat olijfolie. Leg ze vervolgens met het vel naar onderen op het rooster (dat als grillrooster dienstdoet) en doe het deksel op het blik. Zet het blik op matig vuur en laat het 8 tot 10 minuten staan. Na een paar minuten begint er wat rook door de gaatjes naar buiten te komen. Neem als de vis gaar is het blik van het vuur en laat het nog 3 minuten staan voordat je het deksel eraf haalt. Hierdoor kunnen de laatste rook en restwarmte in de vis trekken. Schep de zalmfilets uit het blik en leg ze elk op een bord. Schep er een beetje van de salsa op en bestrooi ze met wat korianderblaadjes. Sprenkel er een paar druppels extra vierge olijfolie over en serveer de zalmfilets met een halve limoen en zet de rest van de salsa in een kommetje op tafel. Heerlijk als lunch, met wat nieuwe aardappeltjes en een groene salade.

Variant 2

Een vis rookblik kan men met weinig materiaal zelf maken. Allereerst heeft men een blik nodig met een minimale inhoud van 10 liter. De naad mag niet gesoldeerd zijn, maar gelast of gefelst. Het blik op een warmtebron sterk verhitten zodat die schoon gebrand wordt. Dan heeft men drie stukken lasdraad nodig met een diameter van 2,5 mm, aluminiumfolie voor het maken van een druipschaal, een trottoirtegel, drie straatstenen en een leeg haring in tomatensausblikje. En natuurlijk een goed sluitend deksel voor het blik. Nu boort men 2 cm onder de rand van het blik precies in het midden 2 gaatjes van 2,5 mm, steekt hier de lasdraad door en maakt die op lengte. Vanaf het middenstaafje tot aan de buitenrand van het blik bepaalt men links en rechts weer het midden, boort op dezelfde manier gaatjes en maakt ook hier de lasdraad op lengte.

Roken is eigenlijk een conserveringsmiddel en zo oud als de mensheid. Men begint met het schoonmaken van de vis. Bij de makrelen wordt de buikholte open gesneden tot aan de bek en alle ingewanden en ook de kieuwen verwijderd. De vis goed wassen onder stromend water en afdeppen. Het zouten van de vis dient zorgvuldig te geschieden. Neem een goede kwaliteit zout. Met een handvol zout bedekt men eerst de buitenkant van de vis en met een halve handvol de binnenkant. Het zout zo goed mogelijk verdelen en inwrijven. De gezouten vissen het liefst in één laag in een plastic doos leggen en anderhalf uur laten intrekken.

Daarna de vissen onder stromend water goed afspoelen, droog deppen en verder laten drogen. Men kan dit in de buitenlucht doen. Men steekt een haak door de bek en vervolgens door de ruggegraat. Op de bodem van het blik strooit men 8 opgehoopte eetlepels rookmot (in elke hengelsportzaak te koop). Uit een stuk aluminiumfolie knipt men een ronde, groter dan de bodem, buigt de randen iets om en legt dat op het rookmot. Dit is de druipschaal. Men steekt de staafjes boven door het blik en wacht nog even met het ophangen van de vis. Men vindt altijd wel een beschut plekje om te kunnen roken. Op de tegel worden de 3 straatstenen gelegd en daarop het blik. De vissen worden zodanig aan de staafjes gehangen dat ze elkaar niet raken. Ook de wanden en het aluminiumfolie niet. Dan het blik goed afsluiten met het deksel. Hoe minder rook er kan ontsnappen, hoe beter het resultaat en "overlast" natuurlijk. Het conservenblikje wordt gevuld met brandspiritus en onder het blik tussen de stenen gezet. Nu is het enkel nog een kwestie van aansteken en na 25/30 minuten heeft men heerlijk gerookte (warme) makreel. Voor de veiligheid mag men niet bij het vuur vandaan gaan en houd men een emmer water bij de hand. Het blik na gebruik goed reinigen met een oude doek of keukenpapier. Geen water en zeep gebruiken. Het materiaal kan men gemakkelijk aan boord meenemen en een plaatsje om te roken kan men ook wel vinden.

Voorbereidingstijd

• Boodschappen doen.
• Eventueel blik prepareren.
• Eventueel vuur maken.

Benodigd materiaal

Variant 1

• Stookhout.
• Lucifers / aansteker.
• 1 leeg koek(jes)blik / biscuitblik.
• Zaagsel van onbewerkt hout (bijvoorbeeld strooizaagsel voor in konijnen hokken).
• Rooster of kippengaas (formaat blik).
• Spijker / hamer of schroevendraaier.
• Een takje verse rozemarijn.
• Een paar takjes verse salie.
• 2 filets van elk 200 g van vette vis met vel (bijvoorbeeld wilde of biologische zalm).
• (Zee)zout.
• Olijfolie.
• 1 limoen, gehalveerd.
• Een paar hele blaadjes koriander.
• Blusmateriaal.
• Ovenwanten, of iets dergelijks, om het blik uit het vuur te halen.
• Bord / bestek om de vis op te eten.

Variant 2

• Een blik nodig met een minimale inhoud van 10 liter. De naad mag niet gesoldeerd zijn maar gelast of gefelst.
• Drie stukken lasdraad nodig met een diameter van 2,5 mm.
• Aluminiumfolie voor het maken van een druipschaal.
• Een trottoirtegel.
• Drie straatstenen.
• Een leeg haring in tomatensausblikje.
• Een goed sluitend deksel voor de het blik.
• Boor (met 2,5 mm boorkop).
• Lasdraad.
• Makreel.
• Zout.
• Mesje (om de vis mee schoon te maken).
• Haakje (om de vis aan op te hangen).
• Rookmot (in elke hengelsportzaak te koop).
• Brandspiritus.
• Een emmer water.
• Een oude doek of keukenpapier.
• Bord / bestek (om de vis op te kunnen eten.

Tips

• Variant 1: Het blik kan ook op een matig vuur van een gasfornuis. Het wordt dan binnen wel rokerig, dus zorg voor veel ventilatie en dus denk aan andere speltakken / de brandmeld installatie.
• Draag geen kleding die makkelijk weg smelt / weg brand (synthetisch).

Veiligheid

• Zorg voor blusmaterialen.
• Zorg dat je mogelijke brandwonden meteen kunt koelen (maar voorkomen is beter dan genezen).