Waarom / doel van de activiteit

De kinderen leren hoe een vuur wordt gemaakt. Daarbij letten ze op de veiligheid.

Beschrijving van de activiteit

Om vuur te kunnen stoken, is hout nodig. We gaan dus eerst hout sprokkelen. Vertel van tevoren dat de welpen alleen dood hout mogen meenemen. Er mogen dus geen takken van de bomen getrokken worden. De oudste welpen bouwen samen met de leiding een vuur op en de leiding steekt het aan.

Tussendoor kan je het windrichtingenspel spelen. Dit windrichtingenspel kun je heel goed spelen voordat de vuurtjes worden gebouwd. Op de grond wordt een grote cirkel gemaakt, met krijt of door middel van krukjes. De zestien windrichtingen worden hierop aangegeven (N, NNW, NW, WNW, enz). De welpen staan in een rijtje binnen de cirkel: de windwijzer. Een leid(st)er roept een windrichting en de windwijzer moet in die richting gaan wijzen. Laat steeds een andere welp voor aan de wijzer staan.

Voorbereidingstijd

15 tot 30 minuten.

Benodigd materiaal

• Houtsprokkelmogelijkheid.
• Vuurplaats.
• Vuur aanmaak materiaal.
• Blusmaterialen.
• Krijt of krukjes.

Tips

• Als er koud weer voorspeld is, laat de welpen dan een warme trui meenemen.
• Bij het stoken van een vuur is het belangrijk dat je op de windrichting let. In de rook zitten is niet zo lekker.

Veiligheid

• Bij ieder vuurtje is continu een leid(st)er en twee emmers water aanwezig.
• Hanteer strenge regels: niet met brandende poken zwaaien, niet rennen bij het vuur.
• Let ook op de kleding die de kinderen dragen. Als er jassen gedragen worden, let dan op plastic jassen en wijde jassen. Deze zijn minder geschikt om bij een kampvuur te dragen.