Waarom / doel van de activiteit

Koken en streekgerechten zijn een vorm van immaterieel erfgoed. Recepten en gerechten worden van generatie op generatie overgedragen en verbind ons onderling. De betekenis van koken voor de samenleving is ook in oud spreekwoorden/gezegden terug vinden. 

Beschrijving van de activiteit

Rozemarijn is ideeën aan het zoeken voor nieuwe recepten en Stuiter helpt haar. Zou er in de boekenkast van professor Plof iets over koken te vinden zijn? Ze vinden een spreekwoordenboek en Plof heeft er een kwis bij gemaakt zodat de Bevers een wedstrijdje met hun ouders kunnen doen. 

"Rozemarijn! "roept Stuiter. "In de boekenkast van heb ik een boek gevonden waar allemaal vreemde zinnen over koken en potten in staan." Zou dat wel goed gaan? "Dat is een spreekwoordenboek" legt Rozemarijn uit. Dat zijn korte zinnen die een waarheid of wijsheid bevatten. "dat klinkt interessant, daar wil ik wel meer over weten", zegt Stuiter. Professor Plof heeft er vast wel een kwis van gemaakt, wie zou het beter weten Rozemarijn of Stuiter? 

Buiten wordt een veld uitgezet met A, B en C. Professor Plof leest een gezegde op en daarbij drie antwoorden (waarvan een goed, een bijna goed en een duidelijk anders). De Bevers lopen naar het juiste antwoord, Rozemarijn en andere leiding kan ook mee doen. Hoevaak hebben de Bevers het beter? En zouden ze net zo goed zijn als de ouders mee doen of dan straks nog beter?

Benodigd materiaal

• Pionnen of markeringen voor antwoord A, B en C
• Een lijst met gezegden en spreekwoorden over koken, potten enz.

Bijvoorbeeld

• De pot verwijt de ketel dat die zwart ziet (=een ander aanwijzen als schuldige, terwijl die zelf hetzelfde gedaan heeft
• De hond in de pot vinden (=te laat zijn voor het eten (alles is op))
• Er een potje van maken (=er een janboel van maken)
• Het is één pot nat (=het is allemaal hetzelfde)
• Mee-eten uit de grote pot (=meegenieten zonder vergoeding)
• Er is nog nooit een kok gevonden die koken kan voor alle monden (=je kunt het niet iedereen naar de zin maken
• Als de pot kookt dan bloeit de vriendschap.(=Als je je gasten goed ontvangt dan zul je veel vrienden krijgen.)
• De hele hutspot ontdekken.(= De hele hutspot ontdekken.Het hele bedrog door hebben.)
• De hond in de pot vinden.(=De hond in de pot vinden.Je wilt eten maar het eten is al door anderen opgegeten.)
• De pot gaat te vuur.De pot gaat te vuur. (=Je kunt aanschuiven aan tafel voor het eten.)
• Hij heeft de pot verteerd.Hij heeft de pot verteerd. (=Hij heeft zijn geld opgemaakt.)
• Kleine potjes lopen gauw over.(=Onverstandige mensen zijn snel kwaad.)
• Enzovoords.

Veiligheid

• Let op dynamiek in de groep, dat kinderen elkaar ruimte geven en dat ook kinderen die minder goed meekomen wel tijd hebben om zelf na te denken. Kijk ook of de bevers elkaar niet verwijten dat ze veel goed/fout doen. 
• Bij het samenspel met de ouders kan je het veld spiegelen vanuit een middenlijn zodat de ouders een andere kant uit rennen dan de bevers en elkaar niet in de weg lopen of de keuzes beïnvloeden. 

Tips

• Veel spreekwoorden kan je ook uitbeelden. Vraag de bevers eens of ze het voor kunnen doen en uitbeelden wat het betekent. 
• Bij het einde van de opkomst en/of na het oefenen door de bevers ga je deze activiteit herhalen met de ouders erbij. Het is superleuk voor bevers om te zien of ze beter zijn dan ouders en te laten zien wat ze geleerd hebben.