Beschrijving van de activiteit
Rebbel heeft een gewonde meeuw gevonden. Aan zijn poot zit een kokertje met een briefje daarin. Als Rebbel het kokertje opent vindt ze een briefje.het blijkt dat de meeuw naar Hotsjietonia is gestuurd door de Opa van Sterre en Steven. De meeuw bewaakte samen met de andere meeuwen de schat van Opa. Opa was piraat. De meeuwen kunnen de schat niet meer bewaken. Sterre en Steven gaan de meeuw terug brengen naar zijn eiland en de schat ophalen. Willen de bevers mee?
Themaverhaal
Rebbel heeft een gewonde meeuw gevonden. Hij vertelde haar, dat hij naar Hotsjietonia is gestuurd door de Opa van Sterre en Steven. De meeuw bewaakte samen met de andere meeuwen de schat van Opa. Opa was piraat. De meeuwen kunnen de schat niet meer bewaken. Sterre en Steven gaan de meeuw terug brengen naar zijn eiland en de schat ophalen. Willen de bevers mee?
Globale planning
1e dag
Sterre, Steven, de meeuw en de bevers varen naar het eiland.
Loopplankestafette: eten, drinken en bagage moeten over de loopplank naar de boot gebracht worden. De bevers brengen bakjes water via een hindernisbaan. Welk groepje brengt het meeste water over.
De meeuw wijst hen de weg: bakboord, stuurboord, rechtvooruit, achteruit, langzaam, snel
De meeuw poept op het dek: dweilhockey
De bevers zingen net als matrozen liedjes: samen. Ze doen ook liedjes waarbij je bewegingen maakt.
De bevers oefenen om het anker uit te gooien: een touw met daaraan een sok, die opgevuld is met watten of iets dergelijks. Verdeel de bevers in twee groepjes. De eerste bever gooit de sok over een lijn en houdt het einde van het touw vast. Dan haalt hij de sok weer in. Welk groepje is het snelste?
De bevers oefenen om de tros over de paal te gooien: kegels of flessen gevuld met zand of water en ringen
Sterren kijken
Bij het eiland is het donker. Daar kun je goed sterren kijken. Als je een kamp in de winter hebt, kun je misschien echt buiten sterren kijken. Je kunt ook een sterrenhemel maken in de slaapruimte of een andere ruimte door glow –in-de –dark-sterren aan een net aan het plafond te bevestigen.
2e dag
Als de bever wakker worden, is de meeuw weg. Hij heeft een briefje geschreven. Hij is naar zijn vriendjes terug. Hij heeft een spoor van meeuwenpootjes achtergelaten. Zo kunnen de bevers de schat vinden. Als ze aan het einde van het spoor zijn (vlakbij het clubgebouw) zien ze de meeuw met een aantal vriendjes. Ze bedanken de meeuwen en nemen de kist met de schat mee. In de kist zit een piratenschip. Dat was vast het schip opa. In het ruim zitten glinsterende stenen en glanzende munten. Er in kist zitten ook zwart-wit foto’s van schapen, lammetjes, koeien, kalfjes, meeuwen, reigers, eekhoorns, scholeksters, kool, meeuw . Opa vond die dieren vast heel mooi, want van elk dier zijn twee foto’s. De bevers kunnen er memory mee spelen.
Sterre en Steven vinden dat ze nog wel een tijdje op het eiland kunnen blijven. Er is nog genoeg tijd om spelletjes te doen.
Schat bewaken: de bevers moeten de schat goed bewaken. Een bever, de bewaker, zit midden in de kring met de ogen dicht. Vlakbij hem staat de schatkist. Een bever probeert de schatkist te pakken zonder dat de bewaker het merkt.
Dieren uitbeelden: Hiervoor kun je de plaatjes van het memoryspel gebruiken. Een bever kijkt op het plaatje. En beeldt het dier uit. Hij kan het ook samen met een andere bever doen. Ze mogen hierbij geluid maken. De andere bevers raden welk dier het is.
Reiger, reiger hoe laat is het: De reiger is de tikker. De andere bevers zeggen: reiger, reiger hoe laat is het? De reiger antwoordt: 4 uur enz. Als hij zegt ‘etenstijd’, dan rennen de bevers weg en gaat hij ze tikken.
Konijnentikkertje: een bever is de tikker. Hij is een konijn. In zijn broekband zit een staart (das of iets dergelijks). De andere bevers proberen de staart af te pakken. Maar ze kunnen dan getikt worden.
Praat met de bevers over wat de dieren eten, waar ze wonen, leggen ze eieren, hoe heten de jonge dieren. Je kunt vragen stellen. Je kunt de bevers ook laten vertellen het goed of fout is wat je zegt. Als het fout is, laten ze een rood kaartje zien. Als het goed is een groen kaartje.
Een dier of piratenschip maken als kampherinnering.
Op de terugweg zingen de bevers weer liedjes. Maar nu niet met woorden. Ze ‘zingen‘ de liedjes met dierengeluiden.
Benodigd materiaal
- Spullen voor hindernisbaan, vier grote bakken, vier kleine bakken, water
- Dweilhockey: oude lap, twee stoelen, stok
- Anker uitgooien: twee touwen, twee opgevulde sokken.
- Tros gooien: kegels, flessen met water of zand, ringen
- Sterrenkijken: net, glow-in-the-dark sterren
- Meeuwen: gemaakt van wol, knuffelmateriaal, klei, gehaakt.
- Dierenmemory: zwart-wit plaatjes van dieren. Van elk dier twee dezelfde.
- Materiaal om de kampherinnering te maken: papier, wol, lapjes, satéprikkers, plakband, takjes, schelpen .