Waarom / doel van de activiteit

Creativiteit en lekker in beweging zijn.

Beschrijving van de activiteit

Bas Bos vertelt dat het in de winter voor sommige vogels hier te koud is. Daarom vliegen ze al in de herfst naar het zuiden. Andere vogels komen uit het noorden hier.
De bevers maken vleugels om zelf te vliegen.

De leiding maakt voor elke bever een paar vleugels van stevig karton. De kinderen kleuren hun vleugels in met verf of kleurpotloden. Er kunnen ook veertjes of lapjes stof op geplakt worden. Als de vleugels klaar zijn (en de verf droog is), worden twee elastieken of touwtjes aan elke vleugel geniet, waar de bevers hun armen door kunnen steken.

De bevers hebben nu allemaal vleugels. Ze gaan naar buiten en proberen of ze er mee kunnen vliegen. Fladderen, snel vliegen (hardlopen) of hoog vliegen (springen met aanloop).

Variatie:

• Maak er een wedstrijd van: wie kan het hardste vliegen of het hoogste.
• Vertel een verhaal over een vogel. In dat verhaal fladdert hij rustig rond, maar soms vliegt hij snel of hoog. Misschien kun je in de bibliotheek een boek vinden over een vogel om voor te lezen of om bij het spel te gebruiken.
• Vogels hebben verschillende kleuren. Je mag vrij naar de overkant lopen als je op je vleugel de kleur hebt die de bever in het midden noemt.

Benodigd materiaal

• Stevig karton,
• Verf,
• Kwasten,
• Kleurpotloden of viltstiften,
• Veertjes,
• Lapjes stof,
• Lijm,
• Elastiek of touw,
• Nietmachine + nietjes.

Tips

•  Deze activiteit heeft betrekking op het duurzame ontwikkelingsdoel: Doel 15 Herstel ecosystemen en behoud biodiversiteit.