Waarom / doel van de activiteit
Peil de sfeer in de groep, zorg dat iedereen even kort aan het woord kan komen en geef de explorers de mogelijkheid om anoniem vragen te stellen.
Beschrijving van de activiteit
Deze werkvorm wordt door het COC gebruikt op scholen, maar is ook erg geschikt in een Scoutingsetting. Voorwaarde is wel dat er een gastspreker is, die de te bespreken doelgroep kan vertegenwoordigen. Kijk in je eigen omgeving of dat er actieve regionale teams van bijvoorbeeld COC zijn, of andere organisaties die zich bezig houden met LHBT+ onderwerpen (zoals een studentenvereniging, een lesprogramma voor scholen, een diversiteitsprogramma vanuit de gemeente). Je kan ook contact opnemen met Spelteam Rainbowscouting (https://www.scouting.nl/spel/algemeen/lhbt), dan kunnen zij kijken of er een teamlid/trainer beschikbaar is om een programma met jouw speltak te organiseren!
Fase 1: Vragen verzamelen
Op het papier staat in grote letters bijvoorbeeld het woord 'homoseksualiteit'. Eventueel kun je ook nog een stap daarvoor doen, met bijvoorbeeld het woord 'verliefdheid'. Vervolgens krijgen de explorers de opdracht om vragen die ze hebben over dit onderwerp op te schrijven op briefjes. Vertel van tevoren dat je daarna alle vragen voor zult lezen en op het papier gaat schrijven, dan weten de explorers waar ze aan toe zijn. Dit kunnen vragen zijn over homoseksualiteit en biseksualiteit in het algemeen of persoonlijke vragen aan de gastsprekers. Geef nadrukkelijk aan dat ze hun eigen naam niet op het briefje hoeven te schrijven en dat namen van anderen ook niet voorgelezen zullen worden. Je kunt hiervoor als reden aangeven dat je niet wilt roddelen, niet persoonlijk wilt worden of dat de gastspreker niemand kent hier op Scouting. Er bestaan geen domme vragen, maar vraag leden wel om na te denken over hoe ze dit op een aardige manier kunnen vragen. Als de leden aangeven niet te weten wat ze op moeten schrijven kun je ze eventueel aanraden om dan gewoon op te schrijven wat hun associaties (in kleutertaal: wat je denkt) bij de woorden gender, seksualiteit en geaardheid. Vervolgens worden de briefjes ingezameld, waarna de ene gastspreker ze voorleest en de ander de vragen op het papier schrijft. Wanneer er slechts één gastspreker is, leest deze de briefjes voor (zie veiligheid). Als alle vragen op het papier staan vraag je aan de groep wat hen opvalt aan de vragen op het bord. Daarna kun je er verder op ingaan. Dit kan ook benut worden om vooroordelen en (negatieve) oordelen te tackelen.
Deze fase van het associatiespel duurt meestal zo'n vijf tot tien minuten. Het is erg belangrijk de vragen gestructureerd op het papier te schrijven, om al goed overzicht te houden bij het bespreken van de reacties.
De hoeveelheid vragen die de leden op hun briefjes moeten schrijven hangt af van de hoeveelheid tijd die je hebt en de grootte van de afdeling, meestal vraag je zo'n twee of drie vragen per explorer. Geef nadrukkelijk aan dat ze meerder vragen op moeten schrijven, dat geeft hen houvast en zorgt ervoor dat ze niet bij een vraag blijven steken.
Fase 2: Vragen beantwoorden
De gastspreker(s) beantwoorden de vragen. Veelal wordt begonnen met het "eigen verhaal". Dit maakt het gesprek ineens veel persoonlijker, waardoor een intiemere sfeer kan ontstaan waarin een goed gesprek mogelijk is.
Benodigd materiaal
- Flap-over of rol behangpapier en dikke stift
- Briefjes voor vragen
Veiligheid
- Lees geen namen van leden voor, want dat kan heel vervelend zijn voor de persoon in kwestie.
- Let op: als er briefjes tussen zitten met zeer persoonlijke verhalen (hulpvragen, pesten, zelfmoord), probeer dan een afweging te maken in hoeverre je dit groepsgewijs moet bespreken of met de persoon zelf moet gaan praten. Hoewel je als volwassene een begeleidende of vertrouwelijke rol kan hebben, ben je geen hulpverlener en doe je er goed aan om bij zwaarwegende onderwerpen door te verwijzen naar hulpverlening