Terug

Nesten indelen

Meestal wordt er aan het begin van het Scoutingjaar overgevlogen en ontstaat er een nieuwe horde. Jongste welpen worden oudste welpen en er komen nieuwe jonge welpen bij. Dat is voor iedereen wennen en er ontstaan nieuwe verhoudingen. Daarom is het belangrijk om de eerste tijd in het programma aandacht te besteden aan samenwerking. Geef de welpen de tijd om hun plaats in de speltak te vinden en stimuleer vriendschappen en samen spelen.

Na een aantal weken kun je aan de slag met de nestindeling. De welpen kennen elkaar een beetje beter en jij hebt een betere kijk op de horde. Je weet welke welpen beter niet in hetzelfde nest kunnen zitten, omdat ze het samen te bont maken. Sommige welpen zijn zulke goede vriendjes of vriendinnetjes van elkaar, dat het een straf zou zijn om ze te scheiden. Je kunt er natuurlijk ook voor kiezen om ze in verschillende nesten te zetten, zodat ze leren nieuwe vriendjes te maken en samen te spelen. Houd hierbij het plezier van de welpen goed in de gaten.

De samenstelling van de nesten probeer je zoveel mogelijk gelijk te houden. Welpen zijn dan bijvoorbeeld gedurende hun welpenperiode lid van het groene nest. Dit is in de praktijk vaak niet haalbaar, probeer dan in ieder geval gedurende het Scoutingjaar de nestindeling gelijk te houden. Op die manier identificeren welpen zich het beste met hun nest. Ze leren elkaar goed kennen en werken intensief samen. Je vult de bestaande nesten aan met de nieuwe leden. Hierbij is het belangrijk dat er een goede mix is van leeftijden, karakters, vaardigheden en van jongens en meisjes. Iedereen heeft er immers baat bij als de nesten ongeveer gelijkwaardig zijn. Dit kan echter ook betekenen dat het nodig is om de nesten grondiger te herschikken. Ook als blijkt dat kinderen het niet naar hun zin hebben in een nest, zul je de nestindeling moeten veranderen.

Gidsen en helpers kiezen

Welpen zijn vaak gids of helper voor de periode van één jaar. Een nieuwe indeling van de nesten betekent dan vaak ook het aanstellen van nieuwe gidsen of helpers. Het kiezen van nieuwe gidsen en helpers kan een ingewikkelde opdracht zijn. Als je rekening wilt houden met zaken als de geschiktheid van de welpen, gevoeligheden binnen een speltak, de leeftijden en hoe lang kinderen al bij de horde zijn, is het soms een hele klus. Toch is het de moeite waard om hier met je team van leidinggevenden serieus naar te kijken voordat je de nieuwe gidsen en helpers uitkiest. Gewoon de oudste kinderen uitkiezen is gemakkelijk maar niet altijd het beste.

Waarom moeilijk doen als het makkelijk kan?

De taken van gidsen of helpers zijn voor kinderen vaak heel uitdagend en bijzonder. Het zijn van gids of helper is van groot belang in de ogen van een kind. De jongste welpen kijken vaak erg op tegen hun gids of helper. Kinderen willen dolgraag zelf gids of helper worden. Soms zijn zelfs ouders hier druk mee. Het is dan ook belangrijk om het keuzeproces zorgvuldig te doen. Daarnaast is de functie van gids of helper ook van grote invloed op het speelplezier van alle welpen. Een kind dat alleen maar de baas wil spelen over anderen zou met de functie gids het plezier van alle kinderen in zijn nest kunnen aantasten. Een goede gids of helper kan het plezier van de andere welpen vergroten. Tot slot kan een niet gekozen welp het plezier verliezen in Scouting. Kinderen verwachten zelf ook op een bepaald moment helper of gids te worden. Als dit niet gebeurt, om welke reden dan ook, kan dat een grote teleurstelling zijn voor een kind. Ook dit is dus iets om rekening mee te houden. 

Geschikt/ongeschikt?

Een welp die verantwoordelijk is voor de sfeer in een nest, die soms dingen aan zijn nestleden moet uitleggen of die de leiding neemt als een nest zelfstandig aan de slag is, moet behoorlijk zelfredzaam zijn. Een kind moet het initiatief durven nemen, voor zichzelf kunnen opkomen en verder kunnen kijken dan alleen zijn eigen belangstelling. Het is verstandig om met je team van leidinggevenden te bespreken welke welpen het beste gekozen kunnen worden. Iedere leidinggevende kijkt weer met andere ogen naar de kinderen, ziet weer andere dingen. Door met elkaar te praten, ben je ook bewuster bezig met het kiezen. Onderstaande vragen kunnen je helpen bij het selecteren.

  • Is deze welp oud genoeg om overwicht te hebben op een groepje welpen?
  • Pest deze welp andere kinderen?
  • Is deze welp zelfredzaam genoeg om een nest te leiden?
  • Is deze welp lang genoeg bij de horde? (Heeft deze welp genoeg kennis/ervaring met de manier van draaien binnen de horde, kennis van de basistechnieken en regels?)
  • Is deze welp erg belust op status, hoe zou hij/zij hiermee omgaan?
  • Is deze welp in staat niet alleen op zijn eigen lol/plezier te letten maar ook op dat van de welpen in zijn of haar nest?

De antwoorden op deze vragen zetten je op het goede spoor. Een ‘ja’ of ‘nee’ heeft geen automatische consequenties, uiteindelijk ken jij als leidinggevende de welpen het beste!

In het kader van transparantie, laat je ook aan de welpen die je hebt gekozen als gids of hulpgids zien waarom je deze keus hebt gemaakt. Dit maakt dat ze weten waar ze verantwoordelijk voor zijn.

Samenwerking

Doordat je per nest een gids en een helper uitkiest, kun je nog rekening houden met welke welpen je samen laat werken. Hierdoor kun je kinderen die elkaar aanvullen op vaardigheden of karakter bij elkaar zetten en is het makkelijker om iedere welp de kans te geven om gids of helper te worden.

Kans om te groeien

Vergeet niet dat het zijn van gids of helper niet een beloning is voor iets dat de welpen zijn of kunnen,maar een onderdeel is van het Scoutingspel waardoor de welpen zich verder ontwikkelen. Het zijn van een gids of helper zorgt voor groei, uitdaging en ontwikkeling. Het zou mooi zijn als elke welp tijdens zijn welpenperiode deze kans krijgt. Dit betekent niet dat een totaal ongeschikte welp dan maar gids of helper gemaakt moet worden. Wel is het interessant om te kijken hoe je een minder geschikte welp toch deze kans kunt geven. Bijvoorbeeld door een oudere welp te vragen om in de functie van helper deze welp te ondersteunen in het leiden van het nest. Als leidinggevende grijp je in als je ziet dat het verkeerd gaat. Maak van te voren aan beide welpen duidelijk wat je doet en waarom, zodat er geen verkeerde verwachtingen kunnen ontstaan. Ontdekken welke dingen je als welp misschien niet zo goed kunt, is namelijk ook waardevol. Je zult dit wellicht niet bij alle welpen kunnen doen, kijk dan ook goed naar het betreffende kind.

Selectieproces

Om het proces van selecteren te doorlopen kun je onderstaande stappen gebruiken.

  1. Bekijk welke nesten nieuwe gidsen en helpers nodig hebben. Meestal zullen de gidsen en helpers overvliegen maar dit hoeft uiteraard niet zo te zijn.
  2. Als er helpers (of zelfs gidsen) overblijven zou het zinvol zijn om deze in hun huidige nest gids te maken (of te laten blijven) als ze hun taak goed uitvoeren.
  3. Maak een klein schemaatje met daarop voor elk nest een lege plek voor de gids en de helper. Als er bij stap 2 al gidsen of helpers zijn overgebleven kun je deze namen vast op de goede plek invullen.
  4. Breng de leeftijdsopbouw van je speltak in kaart en sorteer deze op leeftijd, de oudste welp bovenaan t/m de jongste welp onderaan.
  5. Begin bovenaan de lijst (de oudste welpen dus) en bedenk (aan de hand van bovenstaande vragen) of deze welp geschikt zijn zou als gids of helper. Een geschikte welp zet je neer als gids.
  6. Zodra alle gids-plekken in je schema bezet zijn, ga je op dezelfde manier verder om de helpers in te delen, waarbij ook let op de combinatie tussen de gids en de helper.

In principe is een welp gids of helper gedurende het gehele Scoutingseizoen. Je houdt uiteraard wel in de gaten hoe een welp het doet als gids of helper. Het niet goed functioneren van een gids of helper kan aanleiding zijn om deze taken en/of de nestindeling halverwege het seizoen te herzien. Een andere reden voor het halverwege het seizoen aanpassen van de nesten, is de komst van nieuwe kinderen bij de horde. Ook kan het handig zijn om tijdens het zomerkamp de indeling te veranderen. Als er veel welpen niet meegaan op kamp, kan dit ervoor zorgen dat de verdeling over de nesten niet meer gelijk is.