Waarom / doel van de activiteit

De bevers leren de planeten kennen.

Beschrijving van de activiteit

Voorbereiding

Leg op de grond 8 hoepels en een (gele) bal

Thema introductie

Bas Bos ligt 's avonds buiten op de grond, Stuiter komt aanlopen en vraagt zich af wat Bas aan het doen is. Bas verteld dat hij naar de sterren aan het kijken is. daarna vraagt aan Stuiter waar hij woont: In Hotsjinonia natuurlijk!. En in welk land woon je? In Nederland! Maar weet Stuiter ook op welke planeet dat ligt? Bas legt uit dat wij op de aarde wonen. De aarde is 1 van de 8 planeten die rond de zon draait. Kunnen de bevers nog meer planeten noemen? Bas bespreekt samen met de bevers alle 8 planeten van ons zonnestelsel en gebruikt hiervoor de hoepels en de bal om het duidelijk te maken.

Planeten spel

Verspreid de hoepels door de ruimte, dit zijn de planeten. Leg de gele bal in het midden neer, dit is de zon. Vertel de bevers dat zij in dit spel de raketten zijn en van de ene planeet naar de andere planeet vliegen. Dit doen ze door tussen de hoepels te huppelen, te rennen of te springen. Noem terwijl ze dit doen de namen van bijvoorbeeld landen of voor de bevers bekende figuren. Pas als de bevers de naam van één van de planeten horen, mogen ze op een planeet landen. Dit doen ze door apart of met meerdere bevers in een hoepel te gaan staan. Leg uit dat ze niet in de hoepel van de zon mogen staan, want daar is het veel te warm! Vraag aan het einde van het spel welke namen van planeten de bevers nog kennen. Noem ze eventueel allemaal nog een keer. En waarom ligt de zon in het midden? Vertel dat dat komt doordat de planeten om de zon heen draaien.

Planeten dans

Bij deze activiteit staat de ruimtelijke oriëntatie van de bevers centraal. De bevers gaan in een eigen hoepel staan. Ga zelf in de centrale hoepel (de zon) staan en geef ze de volgende opdrachten:

• Ga wijdbeens op je planeet staan.›
• Ga in je planeet staan.›
• Ga achter je planeet staan.›
• Ga naast je planeet staan.›
• Ga links van je planeet staan.›
• Ga rechts van je planeet staan.›
• Ga onder je planeet staan en houd de hoepel boven je hoofd.

Controleer of de leerlingen het goed doen. Herhaal de opdracht een paar keer.

Rondje om je eigen planeet

Vertel dat planeten om de zon draaien, maar ook om hun eigen as. Dit gaan de bevers nu ook met hun planeet doen. Zeg: ‘Rol de planeet als een wiel om de zon, blijf er naast lopen.’ Daarna draaien ze de planeet voor zich rond. Bespreek met de bever nog een keer welke planeten er zijn. Waar draaien de planeten omheen?

Vervolg thema (deel 2)

Bas vertelt aan de bevers dat wij op aarde wonen. De aarde is een planeet. In de ruimte zijn nog veel meer planeten. Voor zover wij weten wonen er daar geen mensen. Maar als er wel mensen woonden, wat zouden de bevers hen dan willen laten zien? Welke voorwerpen of dieren hier op aarde zijn zo bijzonder dat mensen van andere planeten deze moeten zien? Laat de bevers van alles noemen en daarna kiezen welke boodschap ze gaan tekenen en uitbeelden. Geef de bevers een vel A4-papier en kleurpotloden. De bevers tekenen wat ze bedacht hebben, zonder dat aan de andere bevers te laten zien. Hierdoor blijft het spannend wat ze straks gaan uitbeelden.

Beeld het uit

Ga samen in een kring zitten. Vraag een bever om uit te beelden wat er op zijn of haar tekening staat, zonder de tekening te laten zien. De andere bevers raden wat de bever uitbeeldt. Klopt het met de tekening? Laat iedere bever aan de beurt komen.

Bespreek of het uitbeelden is gelukt. Was het moeilijk? Bespreek met de bevers of ze door iets uit te beelden, duidelijk kunnen maken wat zij zo bijzonder vinden op aarde.

Teken een alien

Vraag de bevers of ze weten wat een alien is. Hoe denken zij dat een alien eruit zal zien? Laat hen dat tekenen. Bespreek na afloop wat ze hebben getekend. Waarom ziet hun alien er zo uit? Vertel dat er nog geen aliens gevonden zijn, en dat dus niemand weet of ze bestaan en hoe ze eruit zien.

Vervolg thema (deel 3)

Bas gaat met de bevers in een kring zitten en pak het bever logeerkoffertje er bij. Hij vraagt de bevers of zij zelf wel eens uit logeren zijn geweest. Wat namen ze mee? En zijn de bevers wel eens met vakantie geweest? Wat hadden ze toen bij zich? Weten de bevers wat een astronaut is? Bas vertelt dat dit een persoon is die op reis gaat naar de ruimte. Hij laat een foto van een astronaut zien. Wat zien de bevers op de foto? Vertel dat astronauten ter bescherming een ruimtepak aan hebben. Als de logeer bever naar de ruimte gaat heeft hij ook zo’n speciaal pak nodig.

Wat moet er mee?

Kijk samen naar de tekeningen van de koffer. Laat de bevers benoemen wat ze zien. Stel hiervoor de vraag wat zij, naast de tekeningen op het doeblad, nog meer mee zouden nemen als zij naar de ruimte zouden gaan. Staan alle dingen erop die je op een dag doet? Staat alles op het doeblad wat de bevers net met Bas Bos hadden bedacht? Geef het doeblad en de kleurpotloden. Vertel dat ze de plaatjes gaan inkleuren van de dingen die de logeerbever meeneemt als hij op reis gaat naar de ruimte en dat ze in de open ruimte kunnen tekenen wat ze nog misten.

Koffer inpakken

Ga weer in een kring zitten. Vraag verschillende bevers welke tekeningen ze hebben ingekleurd. Ze pakken het betreffende voorwerp en leggen het in de koffer. Vraag bij elk voorwerp waarom ze daarvoor hebben gekozen. Wat hebben de leerlingen in de opengelaten ruimtes getekend? Laat de bevers, als dat mogelijk is, ook die voorwerpen in de koffer leggen.

Wat moet er mee?

De bevers knippen de ingekleurde tekeningen uit en plakken deze in de koffer op het doeblad. Bekijk nogmaals samen de spullen die in de koffer zitten. Laat ze er één voor één uit halen. Bespreek kort of de logeerbever zich met de voorwerpen in de koffer aan kan kleden, of hij genoeg te eten heeft, of hij genoeg te doen heeft en of hij zichzelf schoon kan houden. Ontbreekt er nog iets?

Benodigd materiaal

• 9 hoepels (waaronder 1 gele: de zon)
• Papier en kleurpotloden
• Logeer koffer
• Foto astronaut
• Doe blad
• Schaar
• Lijm
• Koffer
• Voorwerpen voor in de koffer: kleding, foto van astronaut, tandenborstel en tandpasta, knuffel, leesboek, speelgoed, eten, geld.

Tips

Bij een grote groep bevers kan het ook in (2 of) 3 groepen gespeeld worden. Deel 2 kan ook door Fleur Kleur opgepakt worden en deel 3 door Noa.