Print deze pagina
maandag, 21 maart 2016 22:04

Dat is mijn wens

Beoordeel dit item
(0 stemmen)

Waarom / doel van de activiteit

Met bevers nadenken over wat hun grootste wens is. Doormiddel van een verhaal neem je de bevers in hun eigen fantasie mee naar het einde van de regenboog; daar vinden ze hun grootste wens.

Beschrijving van de activiteit

Deze activiteit is geïnspireerd op het liedje 'Dat is mijn wens' uit De kleine zeemeermin en het boek ‘Kind in balans’ van Karin de Roos en Jan-Willem van Aalst.

Thema inleiding

Het is nog best wel koud buiten. 'Sjonge, wat duurt die winter toch lang', moppert Stuiter. 'Waarom doe je dan niet gewoon alsof het zomer is?' antwoord Noa, die net langs loopt. Stuiter kijkt Noa vreemd aan. 'Hoe kan je nou doen alsof het zomer is? De zon schijnt niet eens en het miezert al de hele ochtend!'. 'Weet je wat?' zegt Noa, 'kom maar mee naar mijn huis. Dan kunnen we lekker thee drinken om warm te worden en dan zal ik je eens laten zien hoe je kunt doen alsof het zomer is. Of wil je liever iets anders? Zeg Stuiter, wat zou jij eigenlijk het allerliefste willen?'

We babbelen wat en voor we het weten zijn we bij het huis van Noa. 'Na u', roept Noa, terwijl ze met een sierlijke zwaai de deur open trekt. Ik plof neer op een van de kussens. Zodra de thee klaar is komt Noa erbij zitten. 'Zit je lekker?' vraagt Noa. Ik knik, en Noa begint te vertellen....

De activiteit

Maak voor de bevers een hoekje met kussens waar ze lekker kunnen zitten. Heb je kinderen in de groep die niet zo lang stil kunnen blijven zitten? Dan kan je bewegingen toevoegen aan het verhaal. Aan het einde van het verhaal kan je de bevers laten tekenen wat ze gezien hebben.

Het verhaal

Vandaag gaan we naar het strand. Eerst lopen we door duinen. (stapbewegingen).
Oei, het duin is wel hoog.  (moeizaam stappen).
He, he, we zijn boven op het duin. Kijk, daar ligt de zee. (wijzen).
Wie is het eerste bij de zee? We rennen het duin af. (rennen).
Het is mooi weer en we willen graag in de zee spelen. We doen onze kleren uit en onze zwemspullen aan. (uit- en aankleedbewegingen).
Is iedereen klaar? Daar gaan we! Voorzichtig stappen we in de zee. Even voelen of het water koud is. (voorzichtig met je teen voelen).
We rennen en plonzen in de zee. (rennen en zwembewegingen).
Daar word je moe van. Tijd om uit te rusten. We lopen terug naar het duin en leggen daar onze handdoeken neer. We vallen in slaap. (ogen dicht).
We dromen dat we dolfijnen zijn. We zwemmen in de blauwe zee. (zwembewegingen).
Het water voelt warm en zacht langs onze huid. De zon schijnt lekker op ons gezicht. (armen stekken).
Om ons heen is de grote zee. Wat is het heerlijk om zo in het water te zwemmen. We steken onze kop ver boven het water uit. (hoofd omhoog).
In de verte zien we boten. En wat is dat daar, heel ver weg? Een regenboog! Wat een mooie kleuren. (hand boven ogen en turen).
Aan het eind van de regenboog ligt misschien wel iets wat we heel graag zou willen hebben. Of worden we (even) wat we heel graag zouen willen zijn? Terwijl we heel langzaam naar de regenboog zwemmen (heel rustige zwembewegingen, alleen je voeten op een neer, alsof je flippers aan hebt),
denken we daarover na. Ja,  daar is het einde van de regenboog. Maar dan worden we wakker. (je uitrekken)

Tekenen

Weten we nog wat we zo graag wilden hebben of zijn? Dat kunnen we vast wel tekenen!

Benodigd materiaal

  • Kussens (knus hoekje)
  • Verhaal
  • Papier
  • Kleurpotloden
Lees 2351 keer Laatst aangepast op woensdag, 05 juni 2019 12:11

1 Reactie

Log in om reacties te plaatsen